Siddharta gautama werd omstreeks 600 v. Chr. geboren in Lumbini in de uitlopers van de Himalaya in India (nu Nepal). Hij werd geboren in de Kshatriya kaste, de kaste der krijgers en bestuurders, en zijn vader (koning Suddhodana) was een lokale heerser van de Shakya clan .
Na zijn geboorte werd door zieners voorspeld dat Siddartha één van de volgende levens zou gaan leiden:
Of hij zou een groot spiritueel leider worden,
of hij zou een groot koning worden.
Zijn vader wilde niets liever dan dat zijn zoon hem zou opvolgen en koning zou worden van een groot rijk en bedacht dat als Siddartha nooit ellende zag en alleen geluk kende hij ook geen aanleiding zou hebben om zich te wenden tot een spirituele weg.
De jongen werd een gevangene in een gouden kooi. In een ommuurde omgeving had hij alle rijkdom, luxe en prachtige tuinen. Op oudere leeftijd bezorgde zijn vader hem een mooie bruid (Yashodhara) en werd Siddartha vader van een zoon ((Rahula).
Toch verlangde Siddartha ernaar om de buitenwereld te verkennen, en zijn vader gaf hem toestemming om met een rijtuig naar de koninklijke tuinen te gaan. Van te voren bepaalde zijn vader de route en gaf soldaten de opdracht om de gehele route rijk en sierlijk aan te kleden en armen en zieken uit het straatbeeld te verwijderen. Siddartha mocht geen enkel idee hebben dat er ook leed bestond in de wereld want dat zou hem wellicht aanzetten tot het spirituele pad.
Tijdens de rijtocht zag hij achtereenvolgens een oudere, een zieke en een lijk. Hierdoor ging de jongen nadenken over de zinloosheid van de geboorte als je toch weer moet sterven. En dat leven gepaard gaat met ziekte en ouderdom.
Tot slot ontmoette Siddartha een bedelmonnik.
Siddartha besloot ook om zijn materiele wereld, inclusief zijn vrouw en kind, vaarwel te zeggen en antwoord te vinden op zijn vragen: 'waarom is er lijden', en wat is de zin van het leven'.Toen iedereen sliep sloop hij 's-nachts ,geholpen door een van zijn bediendes, het paleis uit.
Siddartha werd een bedelmonnik. Met een kaal hoofd en geschoren gelaat (tekenen van het loslaten van de materiele wereld en seksuele genoegen), een bedelnap en een monnikskleed, trok hij door het land.
Hij kwam in contact met twee meditatiemeesters. De eerste heette Alara Kalama en richtte zich op de geest waarbij de 'sfeer van het niets' wordt bereikt.
De tweede heette Uddaka Ramaputra en onderwees het pad van meditatie dat leidt tot de staat van 'geen weten en geen niet-weten'.
Siddartha leerde beide technieken aan, maar merkte dat het maar een deel van de oplossing was die hij zocht. Hij besloot een andere richting te kiezen, die van het ascetisme.
Na zes jaar was Siddartha broodmager en zijn dagrantsoen bestond uit één sesamzaadje en één rijstkorrel.
Op een gegeven moment zat hij onder een boom nabij een rivier te mediteren. Een zeilboot voer voorbij en een leerling bootsman stond aan de tuigen en trachtte de zeilen goed strak te krijgen.
De schipper zei tegen zijn leerling: "Als je de tuigen te strak aantrekt kunnen de zeilen geen wind vangen, als je de tuigen laar vieren dan gaan de zeilen klapperen. Kies de gulle middenweg, dat is het beste". Bij deze woorden stond Siddartha op en zag aan de oever van de rivier een meisje die hem wat rijstepap te eten gaf. Hierdoor was hij in staat beter te mediteren. Hij had de extremen van luxe en ascese gekend, nu wist hij dat hij de gulden middenweg moest bewandelen.
Hij besloot een plek op te zoeken en er niet van op te staan totdat hij de verlichting bereikt had. Toen hij die plek vond, onder een Bodhi-boom, vastte en mediteerde hij 49 dagen.
Alvorens de verlichting te bereiken kreeg Siddartha visioenen vergelijkbaar met Jezus die bezocht werd door de Duivel om hem uit te testen. Mara, de kwade vijand van de Dharma, bezocht Siddartha en probeerde hem met sensualiteit te verleiden.
Toen alle pogingen van Mara strandde bereikte Siddartha zijn Boeddhaschap. Hij reikte zijn rechterhand naar de aarde zodat deze getuige zou zijn (bij veel Boeddhabeelden is de rechterhand naar de aarde toe gericht,bhumisparsamudra).
Het bereiken van het Boeddhaschap was iets dat een proces was van meerdere levens , de laatste 49 dagen in meditatie was in die zin een allerlaatste fase.
De Boeddha ging naar Sarnath vlakbij Varanasi en ontmoette de vijf asceten waarmee hij voor zijn besluit was opgetrokken, in een hertenkamp. Zij ontvingen hem sceptisch omdat hij de weg van de ascese had verlaten.
Er ontstond een debat dat dagen duurde en waarin de Boeddha zijn eerste toespraak hield: 'Het draaien van het wiel van Dharma'.
Hierin legde hij de vier edele waarheden uit.
De vijf asceten werden zijn eerste leerlingen, gevolgd door Yasa, een rijk koopman die zijn luxe en sensuele leven zat was, en diens vader. Ook vrouwen werden leerlingen van de Boeddha waaronder Yasa's moeder en vrouw en later ook de gewezen vrouw van de Boeddha.
Hij trekt predikend door India.
Uiteindelijk stierf hij op 80 jarige leeftijd.
Zijn laatste dagen staan beschreven in de "grote Parinirvana Soetra' welke in het Pali is geschreven.
Deze tekst is opgedeeld in drie hoofdlijnen: een persoonlijke, een historische en de Dharma.
In het persoonlijke relaas is de Boeddha eind 70 en begint de aftakeling van het fysieke lichaam. Ananda is zijn trouwe leerling en de gesprekken tussen beide worden in dit deel weergegeven. Het laat duidelijk het contrast zien, tussen een stervende maar gelijkmoedige Boeddha en een gezonde maar niet verlichtte Ananda.
Ananda verwacht teveel van zijn meester, terwijl de Boeddha telkens aangeeft niets te kunnen geven.
"Ik heb je de weg laten zien.
Ik heb de weg uitgelegd.
Als je de weg volgt kan je niet verdwalen, je zult absoluut verlichting bereiken.
Maar ik kan niet voor jou die weg bewandelen, dat kan jij alleen."
"De Dharma zal bloeien zolang monniken als groep bijeenblijven, de Sangha regels naleven en hun zelfbeheersing oefenen.
Maar wees je eigen lamp, je eigen toevlucht en zoek toevlucht in de Sangha. Zoek de toevlucht niet buiten jezelf, alleen op deze wijze kun je verlichting bereiken."
Deze woorden vormen de basis van het Therevada Boeddhisme, alwaar de Sangha wordt uitgelegd als het kloosterverband. Verlichting is voor hun alleen mogelijk binnen dit kloosterverband, dus als monnik of non.
Op 80 jarige leeftijd sterft Gautama de Boeddha aan dysenterie. Een plaatselijke edelsmid Chunda had eten meegenomen voor Boeddha en zijn leerlingen, maar Gautama merkte dat het vlees(of waren het truffels) bedorven was. Hij gaf opdracht het eten alleen voor hem te serveren en de rest te begraven.
Een week na het overlijden werd het lichaam gecremeerd in Kushinara. Nadien werden enkele overgebleven beenderen over 8 plaatsen verdeeld en omgeven door een Stoepa.
In het jaar daarop kwamen de leerlingen van Boeddha bijeen in het klooster van Rajagaha voor de eerste Boeddhistische raad. Het doel was om de Dharma als instituut neer te zetten. De gehele leer werd overgedragen van mond op mond en er moesten afspraken gemaakt worden hoe elke leerling in zijn district de overlevering zou verrichten.
Echter, Gauama de Boeddha had zijn Dharma neergezet. Een non-dogmatische studie van het zelf. Er was geen God, geen ik, geen ziel, geen mijn, geen ons. Hoe breng je een dergelijke leer over ? Dit was het probleem van de volgelingen van Boeddha.
In de eerste 500 jaar na de dood van Boeddha (+/- 475 v. Chr.) ontstonden er 20 kloosters in India die werkte met de Dharma. Deze kloosters lagen vaak ver uit elkaar, onderling contact was er nauwelijks en de monniken waren opgevoed vanuit een Hindoeïstisch besef.
Hierdoor ontstonden er verschillende stromingen binnen het Boeddhisme, die later weer verder werden uitgesplitst toen het Boeddhisme overgebracht werd naar andere landen en daar in aanraking kwam met de geldende religies.
Gautama Boeddha wordt ook wel de Shakyamuni Boeddha,de boeddha ven de clan van de shakya's genoemd . De naam Siddhartha betekent: hij, wiens doel is volbracht of van wie elke wens vervuld is. Vaak wordt hij kortweg "de Boeddha" of "Boeddha" genoemd. Gautama Boeddha is de meest recente Boeddha in een reeks van minimaal 28 Boeddhas (volgens het Theravada-boeddhisme). De titel Boeddha behoort toe aan iemand die op eigen kracht, zonder leraar, de Dhamma ontdekt heeft en verlichting heeft bereikt.
Boeddha
Wie is Boeddha? Als hij slechts een mens is, hoe kan hij ons dan helpen?
Er zijn evenveel manieren om te beschrijven wie de Boeddha is, als er manieren zijn om het te begrijpen. De verschillende interpretaties hebben Boeddha’s onderricht als bron.
Één manier is de historische Boeddha, die ruim 2500 jaar geleden leefde, te beschouwen als een mens die zijn geest zuiverde van alle verstorende emoties en onwetendheid, en die al zijn mogelijkheden ontwikkelde. Ieder voelend wezen dat hetzelfde doet wordt een boeddha, want er zijn vele boeddha's, niet slecht één.
Een andere manier is een bepaalde boeddha of boeddhavorm op te vatten als alwetende geest die zich in een bepaalde fysieke vorm manifesteert om met ons te communiceren.
Weer een andere manier is Boeddha - of één van de verlichte boeddhavormen - te beschouwen als de toekomstige boeddha die we zullen worden als we ons op de juiste manier en volkomen bezighouden met het pad, onze geest zuiveren en al onze mogelijkheden ontwikkelen.
Laten we deze drie manieren eens nader onderzoeken.
De historische Boeddha
De historische Boeddha Shakyamoenie werd als prins geboren, en had alles wat het leven te bieden had in termen van materieel bezit en rijkdom: een liefhebbend gezin, roem, reputatie en macht. Hij begreep dat hoewel deze zaken tijdelijk werelds geluk brachten, ze nooit blijvend geluk zouden kunnen brengen. Daarom verliet hij zijn koninklijke omgeving en werd hij een asceet op zoek naar de waarheid. Nadat hij zich gedurende zes jaar aan studie en zware lichamelijke oefeningen had onderworpen, begreep hij dat het uiterste van zelfkastijding ook niet het pad naar het uiteindelijke geluk was. Toen ging hij onder de bodhi-boom zitten en in diepe meditatie zuiverde hij zijn geest volledig van alle verkeerde zienswijzen, negatieve handelingen en de indrukken daarvan op zijn geest, en perfectioneerde hij al zijn mogelijkheden en goede eigenschappen. Daarna gaf hij met mededogen, wijsheid en vaardigheid zijn onderricht en stelde hij anderen in staat om langzaam aan hun eigen geest te zuiveren, hun mogelijkheden te ontwikkelen en dezelfde realisatie en staat van geluk te bereiken als hijzelf.
Hoe kan Boeddha ons bevrijden van onze problemen en onze pijn? Hij kan zeker de verstorende emoties niet uit onze geest trekken zoals een doorn uit onze voet getrokken kan worden. Ook kan hij onze onzuiverheden niet wegwassen met water of zijn wijsheid in onze geest gieten. Boeddha bezit een onbevooroordeeld mededogen voor alle voelende wezens en koestert ons meer dan zichzelf; dus als ons lijden alleen door een handeling van Boeddha opgeheven zou kunnen worden, dan zou hij dat beslist al gedaan hebben.
Onze ervaring, geluk of pijn, hangt af van onze geest. Het hangt af van de vraag of we de verantwoordelijkheid voor het beheersen van onze verstorende emoties en handelingen al dan niet op ons nemen. Boeddha heeft ons laten zien hoe we dat kunnen doen, namelijk door middel van het pad dat hijzelf ook is gegaan, van de staat van een gewoon verward wezen, zoals we nu zijn, tot de staat van volledige zuivering en groei, ofwel het boeddhaschap. Het is aan ons om deze methode te beoefenen en onze geest te transformeren. Boeddha Shakyamoenie is iemand die heeft bereikt wat wij allemaal graag willen bereiken: de staat van eeuwigdurend geluk. Dat heeft hij onderwezen zowel door middel van zijn levensverhaal, als door middel van de diverse lessen die hij heeft gegeven. Maar hij kan geen controle uitoefenen op onze geest, dat kunnen wij alleen zelf. Ónze verlichting hangt dus niet alleen af van Boeddha die ons het pad wijst, maar van onze eigen inzet bij het volgen van dit pad.
We kunnen dit vergelijken met naar Londen willen gaan. Eerst moeten we uitzoeken of er wel een plaats bestaat die Londen heet. Daarna zoeken we iemand die daar al eens is geweest en die de kennis, het vermogen en de bereidheid bezit om ons alle informatie voor de reis te verschaffen. Het zou dwaas zijn om iemand te volgen die daar nog nooit is geweest, want hij zou zonder te weten een foute uitleg kunnen geven. De Boeddha heeft echter de staat van volledige zuivering en groei bereikt; hij heeft de wijsheid, het mededogen en is in staat om ons het pad te wijzen. Het zou onverstandig zijn om onszelf te verlaten op de hulp van iemand die de verlichte staat zelf nog niet heeft bereikt.
Onze reisgids kan ons informeren over wat we op onze tocht mee moeten nemen, en wat we beter achter kunnen laten. Hij kan ons vertellen hoe we op een ander vliegtuig moeten overstappen, hoe we de verschillende plaatsen waar we doorheen komen kunnen herkennen, welke gevaren we onderweg tegen kunnen komen, etc. Boeddha heeft de diverse niveaus van de paden en stadia beschreven, hoe we van het ene naar het andere kunnen komen, welke eigenschappen we moeten meenemen en ontwikkelen en welke we achter kunnen laten. Een reisgids kan ons echter niet dwingen op reis te gaan - hij kan slechts de weg aanduiden. We moeten zelf naar het vliegveld komen en op het vliegtuig stappen. Evenzo kan de Boeddha ons niet dwingen het pad te beoefenen. Hij onderwijst en zijn eigen leven toont hoe we het moeten doen, maar wij moeten het zelf doen.
Boeddha's als manifestaties
De tweede manier om over boeddha's te denken is als manifestatie van de alwetende geest in een fysieke vorm. Deze wezens die boeddha zijn, zijn alwetend in die zin dat ze alle bestaande verschijnselen net zo helder waarnemen als wij onze hand kunnen zien. Ze hebben dat vermogen gekregen door hun wijsheid en mededogen volledig te ontwikkelen, waardoor ze alle gebreken ophieven. Maar wij kunnen niet direct communiceren met de alwetende geest van de boeddha's omdat we niet helderziend zijn. Als de boeddha's hun grootste wens om alle voelende wezens naar de verlichting te leiden in vervulling willen doen gaan, dan is het noodzakelijk dat ze met ons communiceren. En om met ons te kunnen communiceren nemen ze een fysieke vorm aan. Op deze manier kunnen we denken aan Boeddha Shakyamoenie als een wezen dat al verlicht was en dat verscheen in de vorm van een prins teneinde ons te onderrichten.
Maar als hij al verlicht is, hoe kan hij dan wedergeboren worden? Shakyamoenie werd niet wedergeboren onder invloed van verstorende emoties en handelingen (karma) zoals gewone wezens, want hij had deze onzuiverheden reeds uit zijn geest verwijderd. Hij was in staat om op aarde te verschijnen door de kracht van zijn mededogen.
Als we aan Boeddha denken als manifestatie, dan moeten we geen nadruk leggen op Boeddha als persoonlijkheid. We kunnen ons beter concentreren op de eigenschappen van de alwetende geest die in de vorm van een mens verschijnt. Dit is een abstractere manier om Boeddha te begrijpen, dus er is meer inzet voor nodig om zo te denken en te begrijpen.
Op dezelfde wijze kunnen de diverse verlichte boeddhavormen worden gezien als manifestaties van de alwetende geest. Waarom zijn er zoveel boeddhavormen als alle wezens die de verlichting hebben bereikt dezelfde realisatie hebben? Dat komt omdat elke fysieke verschijningsvorm andere aspecten van onze persoonlijkheid benadrukt en ermee communiceert. Dit toont hoe goed Boeddha zijn middelen heeft gekozen. Avalokiteshvara (Kuan Yin, Chenrezig) is bijvoorbeeld de manifestatie van mededogen van alle boeddha's. Hoewel hij alle mededogen en wijsheid van een boeddha bezit, benadrukt Avalokiteshvara's manifestatie vooral mededogen. Door aan Avalokiteshvara te denken, tot hem te bidden en op hem te mediteren kunnen we alle eigenschappen van de boeddha's ontwikkelen en in het bijzonder zal ons mededogen zich sneller ontwikkelen.
De witte kleur van Avalokiteshvara benadrukt zuiverheid, in dit geval zuivering van egoïsme door middel van mededogen. De duizend armen, elk met een oog in de handpalm, drukken uit hoe onbevooroordeeld het mededogen staat tegenover alle wezens en bereid is hen te helpen. Door mededogen in deze fysieke vorm te visualiseren communiceren we op een non-verbale en symbolische manier met mededogen.
Manjoeshri is de manifestatie van de wijsheid van alle boeddha's hoewel ook Manjoeshri dezelfde realisaties heeft als alle boeddha's. Manjoeshri wordt in de Tibetaanse traditie geel afgebeeld, terwijl hij een vlammend zwaard en een lotusbloem met de Soetra van de Perfectie van Wijsheid vasthoudt. Zijn fysieke vorm staat symbool voor innerlijke realisaties. De kleur geel staat voor de wijsheid, die de geest verlicht zoals de gouden stralen van de zon de aarde verlichten. Ook het zwaard symboliseert wijsheid, maar dan in zijn functie van het verminderen van onwetendheid. Dat hij de Soetra van de Perfectie van Wijsheid vasthoudt geeft aan dat wij deze soetra moeten bestuderen, overdenken en erop mediteren, willen we deze wijsheid ontwikkelen. Door Manjoeshri te visualiseren en op hem te mediteren kunnen we de eigenschappen van een boeddha, en in het bijzonder wijsheid, ontwikkelen.
Nu begrijpen we waarom er zoveel boeddhavormen bestaan. Elke boeddhavorm benadrukt een bepaald aspect van de verlichte eigenschappen, teneinde die eigenschap symbolisch aan ons over te brengen. Dit betekent niet dat een wezen als Avalokiteshvara niet bestaat, want op een bepaald niveau kunnen we de Boeddha van mededogen begrijpen als zijnde iemand die in een bepaald Zuiver Land woont. Op een ander niveau kunnen we hem zien als de manifestatie van mededogen in een fysieke vorm. We moeten niet in verwarring raken omdat Avalokiteshvara soms een mannelijke en soms een vrouwelijke vorm bezit. Dat komt niet omdat hij/zij niet kon kiezen. De verlichte geest gaat uit boven het mannelijke of vrouwelijke. Het zijn slechts verschijningen om te kunnen communiceren met ons, gewone wezens, die zo vastzitten in vormen. Een verlicht wezen kan verschijnen in een breed scala aan vormen.
De aard van al deze manifestaties is hetzelfde: de alwetende geest van wijsheid en mededogen. De boeddha's en boeddhavormen zijn geen afzonderlijke wezens op dezelfde manier als waarop een appel en een sinaasappel verschillen. Ze hebben juist dezelfde aard, maar verschijnen slechts in verschillende uiterlijke vormen om met ons op verschillende manieren te kunnen communiceren.
Van een klomp klei kan men een kan, vaas, een bord of een beeldje maken. De aard van deze voorwerpen is hetzelfde -klei - toch dienen ze verschillende functies overeenkomstig de manier waarop de klei is gevormd. Op dezelfde manier is de aard van alle boeddha's en boeddhavormen de alwetende geest van wijsheid en mededogen. Deze geest verschijnt in een grote verscheidenheid van vormen om verschillende functies te kunnen dienen. Als we dan mededogen willen ontwikkelen, mediteren we meer op Avalokiteshvara; als onze geest mat en traag is, benadrukken we de beoefening van Manjoeshri, de Boeddha van Wijsheid. Deze Boeddha's hebben allen dezelfde realisatie, maar ieder heeft zijn eigen specialiteit.
De boeddha die we zullen worden
De derde manier waarop we de Boeddha, tot wie we toevlucht nemen, kunnen begrijpen is als de verschijning van onze eigen boeddhanatuur als deze volledig ontwikkeld zou zijn. Alle voelende wezens hebben de mogelijkheid om boeddha te worden, want we hebben allemaal de heldere natuur van de geest. Op het moment wordt onze geest verduisterd door verstorende emoties (klesha) en handelingen (karma). Door voortdurende oefening kunnen we deze onzuiverheden uit onze geestesstroom verwijderen en de zaden van al onze mogelijkheden voeden. Zo kan ieder van ons een boeddha worden als het proces van zuivering en groei voltooid is. Dit is een uniek kenmerk van het boeddhisme, want in de meeste religies bestaat er een onherstelbare afstand tussen het goddelijk wezen en de mens. Boeddha heeft echter gezegd dat elk levend wezen de mogelijkheid tot perfectie in zich draagt. Het is slechts een kwestie van beoefening en het creëren van de oorzaken om die perfecties te bereiken.
Als we Boeddha of een boeddhavorm visualiseren en aan hem denken als de toekomstige boeddha die we zullen zijn, dan stellen we ons onze, nu nog latente, boeddhanatuur voor in zijn volledig ontwikkelde vorm. We denken aan de toekomst wanneer we het pad van zuivering en groei voltooid zullen hebben. We stellen ons de toekomst voor in het heden en op deze wijze bevestigen we onze eigen goedheid. Dit helpt ons tevens te begrijpen dat wat ons uiteindelijk beschermt tegen lijden, onze eigen beoefening en het bereiken van de verlichting is.
Deze drie verschillende manieren om Boeddha te begrijpen lopen op in moeilijkheidsgraad. Misschien kunnen we ze niet meteen vatten. Dat is prima. Ik heb verschillende interpretaties uitgelegd omdat mensen op verschillende manieren dingen begrijpen. We worden geacht niet allemaal op dezelfde manier te denken of alles meteen te begrijpen.
The Life Of The Buddha Full BBC Documentary:
http://www.youtube.com/watch?v=zFbjDcz_CbU&Buddha - A Documentary About Buddhism:
http://www.youtube.com/watch?v=dLMZNmxFUZU&feature=relatedhttp://cgi.omroep.nl/cgi-bin/streams?/tv/bos/archief/bb.20031221.asf