Misschien moet men eerst eens keihard tegen een boom op botsen om te erkennen dat een boom wel degelijk "bestaat". 
Er is hier niemand die zegt dat een boom niet bestaat, er wordt gezegd dat een boom niet "op zichzelf bestaat". Het fenomeen boom is niet alleen tijdelijk, veranderlijk, het is zelfs als 'tijdelijk en veranderlijk iets', niet eens eventjes iets dat op zichzelf bestaat, je kan boom niet werkelijk afzonderen van de grond waarin hij groeit, de lucht waar hij koolstof uit opneemt en zuurstof aan aangeeft, de regen de oceanen, en ga zo maar door... Er is niet iets afzonderlijk als een boom. M.a.w. iets uit dit alles-hangt-samen-met-alles onderscheiden is een toebedeling van de geest, nogmaals een nuttige, een functionele, het maakt dat je niet voortdurend tegen bomen zit op te lopen, het maakt dat je bomen kan omhakken en je er boten, huizen en dergelijke mee kan gaan maken. Allemaal nuttig, maar het is gewoon niet de werkelijkheid dat die boom los staat van het geheel.
Als je direct ziet dat de boom leeg is aan inherent bestaan, dat het onderscheidend bewustzijn vergt om het als een onderscheiden iets te gaan bestempelen, dan is meteen duidelijk dat het ook geen zelf heeft, dat is dan een direct inzicht in de leegte ervan, dat een boom op zichzelf ergens zwevend in het ijle niet bestaat, het er iets van te maken dat opzichzelf bestaat dat je dus kan omhakken enzo is een toebedeling van geest, bewustzijn.
Het gaat hier niet enkel om het inzien dat de persoon of de geest geen essentie heeft, maar ook niet alle dingen die een geest gaat onderscheiden. Beiden hebben geen zelf. Dat de persoon of de geest geen zelf is, dat is nog ingewikkelder te vatten, daar zou ik het zelfs niet eens over hebben. Maar ook die is leeg, leeg aan inherent bestaan. Dat is het perspectief. Er is een perspectief nodig om iets uit het alles-dat-met-alles-samenhangt af te lijnen, af te zonderen, te onderscheiden tot 'iets', een ding, een fenomeen, boom. Maar ook dit perspectief bestaat niet op zichzelf, niet los van het alles-hangt-met-alles-samen, ook dat perspectief is niet alleen tijdelijk, niet blijvend, het is als 'tijdelijk en veranderlijk iets', zelfs niet heel even iets dat op zchzelf bestaat, je kan het niet werkelijk afzonderen van wat vanuit dit perspectief gezien wordt. Geen boom zonder bewustzijn dat een boom onderscheid, geen iets dat een boom onderscheid zonder het alles-hangt-samen-met-alles. Maar dat wil helemaal niet zeggen dat er niets bestaat of alles hol is, of leeg is zodat je er niet tegen aan kan lopen. Het wil alleen zeggen dat al die opdelingen niet werkelijk bestaan als werkelijke opdelingen. Dat de werkelijkheid leeg is aan opdeling, dat opdelen de leegte opdeelt in vormen, maar deze vormen leeg blijven.
Daarom is de boom in de zin zoals Mahayana het begrip gebruikt: leeg, niet omdat hij hol is. Het is leeg aan zelfstandig bestaan, er bestaat niet iets als een opzichzelfstaand iets dat we boom noemen. De geest onderscheid 'dingen' uit het alles-dat-met-alles met elkaar verband staat, en gaat het benaderen alsof het op zichzelfstaat. Voor het lichaam geldt hetzelfde, voor een lichaam die tegen een boom botst ook.
Om dit niet alleen filosofisch te volgen, maar effectief te realiseren moet je het eigen perspectief kunnen laten varen, het 'eigene' én het 'perspectief' (standpunt waaruit iets wordt bekeken). Dat is wat er als leegte kan gerealiseerd worden. De leegte is maar leeg als ook het referentiepunt dat de leegte ervaart is weggevallen. Dan komt in zicht dat alles leeg is, niets op zichzelf bestaat, noch de wereld, noch die wat de wereld ervaart.
Omdat er over Nagarjuna werd gesproken:
Nagarjuna ontwikkelde zijn doctrine van leegte in de Mulamadhyamakakarika, een grondige analyse van een breed scala aan onderwerpen. Door onder meer de Boeddha, de vier edele waarheden en het nirvana te onderzoeken, toont Nagarjuna aan dat elk de autonomie en onafhankelijkheid mist die er ten onrechte aan wordt toegeschreven. Zijn benadering is over het algemeen om de verschillende manieren waarop een bepaalde entiteit zou kunnen bestaan te overwegen en vervolgens aan te tonen dat geen van hen houdbaar is vanwege de absurditeiten die ermee gepaard zouden gaan.
...
Nagarjuna definieerde leegte in termen van de doctrine van pratitya-samutpada ("afhankelijke oorsprong"), die stelt dat dingen niet uit zichzelf zijn ontstaan, maar worden geproduceerd in afhankelijkheid van oorzaken en omstandigheden. Door deze visie aan te nemen, kon hij de beschuldiging van nihilisme vermijden, die hij rechtstreeks in zijn geschriften aankaartte en waarmee zijn volgelingen door de eeuwen heen zouden worden geconfronteerd. Nagarjuna gebruikt de doctrine van de twee waarheden, paramartha satya ("ultieme waarheid") en samvriti satya ("conventionele waarheid"), en legt uit dat alles wat bestaat uiteindelijk leeg is van enige intrinsieke aard, maar conventioneel bestaat. Het conventionele is het noodzakelijke middel om het ultieme te begrijpen, en het is het ultieme dat het conventionele mogelijk maakt. Zoals Nagarjuna schreef: "Voor wie leegte mogelijk is, is alles mogelijk."
Bron: https://www.britannica.com/biography/Nagarjuna
En ook laat ik de Dalai Lama even aan het woord, om maar duidelijk te maken dat ik hier niet alles zomaar uit mijn duim sta te zuigen:
De kritische analyse van de Madhyamika's is gericht op de gedachte dat de dingen in zichzelf en uitzichzelf zouden bestaan zonder afhankelijk te zijn van andere dingen.
...
In de prasaginka-school wordt gesteld dat verschijnselen alleen maar bestaan als enititeiten die door het conceptuele denken zijn aangeduid, dus dat er in het object niets te vinden is dat het object zelf is.
Maar hoe werkt dat dan, zo'n verkeerde opvatting dat dingen vanuit zichzelf bestaan? Wat zich ook voordoet aan de geest, het wekt altijd de indruk dat het werkelijk uit zichzelf bestaat. Als u bvb naar mij kijkt, naar de Dalalai Lama, dan lijkt het net alsof ik iets ben dat onafhankelijk en uitzichzelf bestaat. De Dalai Lama die op een kussen zit, wekt absoluut niet de indruk dat hij alleen maar gekwalificeerd is door het conceptuele denken, niet waar? Hij wekt niet de indruk alleen maar een entiteit te zijn die voortkomt uit het denken in begrippen. Nee, het lijkt alsof hij in het object zelf bestaat. Maar als het object zou bestaan zoals het zich aan u voordoet, dan moet u na enig zoeken toch echt een echte Dalai Lama kunnen vinden. We moeten ons dus afvragen, of dat object wel te vinden is of niet te vinden is als we er naar zoeken. Als dat niet het geval is, dan moeten we concluderen dat het niet uitzichzelf bestaat. We moeten concluderen dat de naam die als aanduiding wordt gebruikt vanwege het belangrijkste aspect van die aanduiding, niet aangeeft dat zo'n aspect iets in zich draagt dat het object is. Zodoende moeten we concluderen dat het object niet bestaat zoals het zich aan ons voordoet, en we kunnen ons zelfs afvragen of het eingenlijk wel bestaat.
Maar toch zijn dingen niet helemaal niet-bestaand. Ze bestaan wel in relatieve zin, niet in absolute zin. Dus dingen bestaan wel, maar ze bestaan niet vanuit het belangrijkste aspect van de aanduiding. Op grond van het feit dat de dingen bestaan en het feit dat ze niet in het object zelf bestaan, blijkt dat ze alleen kunnen bestaan zoals ze gekwalificeerd of aangeduid zijn door het subject (bijvoorbeeld de geest die denkt in begrippen). Het object kan niet op een andere manier bestaan dan die waarop het verondersteld wordt door het conceptuele denken. Dat is wat we bedoelen, als we zeggen dat verschijnselen alleen maar aanduidingen zijn van het conceptuele denken. En toch doen dingen zich niet op die manier aan ons voor. Nee, ze wekken de indruk dat ze uit zichzelf bestaan. Daarom is de gedachte dat de dingen bestaan zoals ze zich voordoen een vergissing, een verkeerde manier van denken.
...
Als u denkt dat 'leeg-zijn' betekent dat de dingen niet kunnen funcitioneren [toevoeging Steve: en botsen] - wat dus een verkeerde opvatting van het denkbeeld 'leegte' is - dan zijn we aanbeland bij het nihilisme. Als iemand niet in staat is het begrip leegte te verzoenen met het feit dat de dingen een fucntie vervullen, dan klopt zijn of haar gedachtengang niet. Wat er werkelijk bedoeld wordt met leegte, moet daarom begrepen worden in termen van afhankelijk ontstaan.
...
Op dit punt is het nuttig je te realiseren, dat we ook in het normale spraakgebruik kunnen zeggen dat dingen 'onecht' zijn, terwijl ze toch bestaan. En ook in dat geval is hun onechtheid en het feit dat ze een functie vervullen niet in tegenspraak met elkaar.
...
We moeten het begrip leegte leren doorgronden door uitschakeling van de twee uitersten, de standpunten van het nihilsme en het eternalisme. Dat kunnen we op twee manieren doen. De extreme stelling van het eternalisme, de misvatting over het zelf, kunnen we door redeneren uitsluiten. En het extreme standpunt van de nihilisten wordt hoofdzakelijk weerlegd door onze persoonlijke ervaring. Dus als u eraan toe bent om te mediteren op leegte, let er dan op dat u zichzelf wakker port als dat nodig is. Vooral als u denkt te begrijpen wat leegte is en begint te geloven dat er niets bestaat, geeft u zichzelf dan even een flinke por [aanvulling Steve: of loop dan eens pardoes tegen een boom], want juist die ervaring kan leiden tot het uitroeien van de nihilistische opvatting.
Bron: Dalai Lama, Leegte en Helderheid, Gesprekken in Bodhgaya.
P.S. Trouwens, bovenstaande meer filofosische, begripsmatige, logisch, analytische aanpak, is eigenlijk niet zo mijn ding, ik heb het liever over direct conceploos vastellen dat alles leeg is, zonder al die woorden er rond te breien, maar daar kan je niet echt over spreken, en zoals ik eerder aangaf, een beetje begrip en filosofie kan nuttig zijn, maar niet om er dan verder over te gaan bekvechten, enkel als het weerstand tegen een bepaalde manier van zaken te gaan verwoorden kan verminderen. Als het een tegengesteld effect heeft, dan ga ik liever weer zwijgen.