Als ik het goed begrijp dan is er aan datgene wat we 'een mens' genoemd hebben, een individu, of algemener, een individueel 'levend wezen', niks te vinden dat onveranderlijk steeds zichzelf is, steeds hetzelfde is en blijft. Alles is dynamisch. De naam 'mens' of 'levend wezen, is weliswaar steeds dezelfde naam, en lijkt dan te duiden op een gelijkblijvende entiteit maar in wezen duidt het iets aan wat constant verandert. Zoals ook de aanduiding rivier duidt op iets wat constant verandert.
Vooral theravadisten benadrukken deze veranderlijkheid, valt me op.
Alles wat een individu aangaat valt uiteen in vijf geledingen, oftewel de vijf geledingen samen vormen een individu. Zo ook een individueel mens. Het gaat dan om het lichaam, gevoelens, waarnemingen, mentale formaties en bewustzijn. Dat alles is dynamisch en niks blijft hetzelfde. Het lichaam verandert geleidelijk in de tijd maar het zou zelfs ook elk moment vergaan om weer razendsnel te verschijnen. Ook gevoelens wisselen elkaar af. Soms aangenaam, vaak neutraal en soms pijnlijk. Ook waarnemingen, wils/mentale formaties en bewustzijn, dat alles zou dynamisch van aard zijn, stromen, komen en gaan, voorwaardelijk ontstaan, even voorwaardelijk bestaan en weer voorwaardelijk verdwijnen. Alleen de naam "Siebe" blijft hetzelfde maar voor de rest zou nergens iets te vinden zijn aan Siebe wat gelijk blijft, hetzelfde is.
Alles wat een individueel mens is, is een stroom, als een rivier. Het lijkt dezelfde rivier maar er stroom telkens ander water. Er schijnt ook niet een soort overkoepelend zichzelf gelijkblijvend zelf te zijn, baas over die stroom of misschien product van het een of ander in die stroom.
Het blijft moeilijk te bevatten omdat het zo indruist tegen de ervaring, toch?
Hoe komt het dan dat ik iets onveranderlijks ervaar he? Ik verander niet, vind ik. Waar komt die perceptie nou vandaan? Waar berust dat op? Is dit dwaling? Mijn perceptie is dat los van al die veranderingen van het lichaam, gevoelens, waarnemingen, mentale formaties, en bewustzijn er iets is dat toch niet verandert. Dat wordt ook niet ouder. Ik zou dit leegte willen noemen, of stilte of vrede of roerloosheid.
Is dit nou een illusie of is dit nou wijs? Is dit nou verkeerde visie of een poort naar bevrijding?
Dat vraag ik me af. En ik ben benieuwd hoe jullie dit zien.
Is ook die stilte of roerloosheid ten diepste veranderlijk en een stroom? Is er niet een soort onveranderlijke basis van stilte of kalmte of vrede in jezelf.
Stel dat die basis ontbreekt. Stel dat een individu inderdaad alleen een veranderlijk dynamisch proces is.
Hoe kan een mens dan ooit gelijkmoedigheid bereiken of überhaupt evenwichtig zijn? Er moet toch een soort basis van roerloosheid zijn om evenwichtigheid mogelijk te maken?
Hoe kan de Boeddha zijn leerlingen instrueren het zo te zien 'dit lichaam, dit gevoel, deze waarnemingen, deze mentale constructies, deze momenten van bewustzijn, (dus deze khandha's) dat ben ik niet, dat is niet van mij, niet mijn zelf'...als dit alles is wat ik als individu ben?
Als alles aan een mens stroomt, dynamisch is, veranderlijk, hoe kun je dan vrede bereiken? Hoe kun je ooit een moment stabiel zijn? Er moet toch een soort basis van onveranderlijkheid zijn om dit mogelijk te maken?
Hoe kun je überhaupt komen- en-gaan signaleren als er geen niet-komen-en-gaan is?
Is onveranderlijkheid een illusie en behoort het echt niet tot het mens zijn?
Of kan het zo zijn dat de Boeddha het onveranderlijke niet tot het individuele rekende, omdat het onveranderlijke eigenlijk het individuele/persoonlijke domein overstijgt? Of zit het anders?
groet,