Maarten,
Fijn dat je eens iets concreets vraagt.
Ik ga hier op reageren vanuit Dzogchen context, misschien heb je er iets aan, misschien ook niet.
In Dzogchen wordt vaak verwezen naar onze ware natuur, onze ware aard, nu die ware aard verwijst tegelijkertijd ook naar die achtergrond waarin ervaring mogelijk is (verschijnt). Naar deze achtergrond wordt verwezen als iets onpersoonlijks, niet mijn, niet-zelf, m.a.w. als jouw achtergrond waarin jouw ervaringen verschijnen als niet iets anders dan mijn achtergrond waar mijn ervaringen verschijnen. Maar dit ter zijde, anders verglijden we weer in een filosofisch geleuter. Praktisch gezien, mag je er best van uitgaan als jouw achtergrond en dan wordt het wat werkbaarder, wat meer down to earth zal ik maar zeggen, wat praktischer en beter te volgen en op die manier ga ik er hier mee verder (maar ik vond toch dat ik het hele plaatje even moest aanhalen).
Nu, in die achtergrond verschijnen voortdurend zaken, maar in wezen tastten deze zaken de achtergrond niet aan. In de zuiverste vorm zijn het gewaarwordingen die hierin verschijnen en gedachten (op zich worden deze daarom als zuiver gezien in deze context, ze komen spontaan op en verdwijnen weer spontaan). Gevoelens worden dan weer gezien als een combinatie van een gedachte en een gewaarwording. Niet om de discussie weer op gang te trekken, maar gewoon ter verduidelijking van de context van waaruit ik nu spreek, is een onaangenaam gevoel dan een gewaarwording (pijn) in combinatie met een gedachte ("dit is onaangenaam"). Maar ook een emotie als verliefdheid bijvoorbeeld, is dan een combinatie van een gedachte ("die begeer ik") in combinatie met een gewaarwording ("getintel in je buik"). M.a.w. gevoelens en ook emoties hebben steeds een lichamelijke component en een mentale.
Heel simpel uitgelegd zou je dus kunnen stellen dat gewaarwordingen en gedachten gewoon spontaan ontstaan, toch ten mintse in de context van een lichaam-geest-mechanisme dat niet in dood of één of andere nirodha samapatti is weggevallen, in die context komt er spontaan gewoon niets meer op, maar de achtergrond blijft er nog evenzeer en blijft onaangetast door wat er ervoor en erna nog in zal verschijnen (een nieuw leven, of het hernemen van gewaarwording door het beëindigen van nirodha samapatti). En dus, vormen zij geen probleem op zich (zuiver, een vertoning van de helderheid van de geest).
Het probleem ontstaat als gewaarwordingen en gedachten zich gaan samenbundelen en hier identiteitsvorming ontstaat. In Dzogchen is het dan zaak de achtergrond te herkennen en deze gewaarwordingen en gedachten met rust te laten, ze niet te gaan beoordelen, wegduwen, transformeren enzo, maar gewoon laten zijn zoals ze zijn: de spontane expressie van wat er in die achtergrond gebeurd.
Dit kan erg verkeerd geïnterpreteerd worden, nl. als dat de gevoelens die er in verschijnen en de neigingen er gewoon niet toe doen en dus zomaar uitgeleefd kunnen worden. Maar dat is niet zo.
Neigingen die verschijnen, zoals de neiging de pijn niet te willen hebben, of de neiging om de begeerte te vervullen ontstaan niet spontaan, zoals gedachten en gewaarwordingen, maar door conditionering (lichamelijke zoals reflexen, en mentale door herinneringen, leerprocessen).
Om een lang verhaal kort te maken, in de Dzogchen visie is het niet zaak om neigingen te gaan onderdrukken, wegdrukken of veranderen, maar ze te gaan zien voor wat ze zijn: een gecondtioneerde, niet spontane samenbundeling van gedachten en gewaarwordingen. Door deze geconditioneerdheid in te zien, en niet in te grijpen, valt de conditionering ervan en dus de samenbundeling ervan vanzelf weg (zelf-bevrijding), zodat uiteindelijk alleen maar losse, spontane gewaarwordingen en gedachten (inherent aan een lichaam-geest mechanisme) en deze de herkenning van de ongeconditioneerde achtergrond niet meer in de weg staan. Dat heet dan volledige verlichting, volledig bevrijdt zijn van het geconditioneerde ook al is er nog lichaam-geest-systeem en is dit niet weggeduwd in een of andere tijdelijke staat (nirodha samapatti) of weggevallen in de dood.
Maar, het leuke is nu, anders zou ik dat niet allemaal vertellen, dat je niet moet wachten op die volledige verlichting om hier al wat ervaring mee op te doen, en wat meer bevrijdt te geraken van geconditioneerde dingen die ons in de greep houden. Je kan deze manier van bekijken en omgaan met de verschijningen perfect ook al op kleine schaal toepassen.
En nu kan ik tot jouw vraag over je voortdurende worsteling met je emotie-eten komen.
Stel nu eens dat je er vanuit die achtergrond naar zou kijken. Er komen allerlei dingen op in die achtergrond, onvermijdelijke dingen, zoals gedachten en gewaarwordingen, en in zeker zin (ultiem gezien) te vermijden dingen als geconditioneerde samenbundelingen van gevoelens en gedachten, zoals die neiging tot emotie-eten.
Welnu je kan daar op 3 manieren mee omgaan:
1. Je probeert die neiging te onderdrukken. Je eigen ervaring zal je geleerd hebben dat dit aartsmoeilijk is, toch zeker voor wat betreft erg hardnekkige neigingen. Het onderdrukken, als je niet voortdurend waakzaam blijft, kan er voor zorgen dat je er helemaal onbewuste voor gaat, waardoor het zich toch uitleeft.
2. Je probeert de neiging niet te onderdrukken, maar te manipuleren. Ook dit is niet erg gemakkelijk, want als je niet erg waakzaam bent transformeert het zich in iets dat op dat moment onschuldig uit ziet, maar juist hetzelfde is, het leeft zich op een andere manier uit, want de oorzaak ervan is niet ontbonden.
3. Je probeert de neiging met rust te laten, ze gewoon te beschouwen, zonder te oordelen, zonder te veroordelen, gewoon zien als opkomend in jou en als je je er niet tegen verzet en je je er ook niet aan hecht, dat het weer uit elkaar kan vallen.
Met rust laten wil hier niet zeggen: het zichzelf laten uitleven, maar het jezelf als het ware terug laten vallen in die beschouwende achtergrond die er van daaruit zelf geen mening over heeft, geen oordeel over heeft, gewoon beschouwen wat er gebeurt. Wat je dan zou kunnen merken is (maar laat mij duidelijk zijn, dat is niet het doel van het beschouwen, maak er dus geen doel van…, het gaat er om open te ontdekken wat er gebeurt) dat de neiging vanzelf uit elkaar valt in losse gedachten ("ik heb iets nodig om mij weer beter te voelen", en dergelijke) en losse gewaarwordingen (een lichaam dat behoefte heeft aan iets dat het terug rustig maakt of zoiets), maakt niet uit wat, het kan uit elkaar vallen tot spontane gedachten en gewaarwordingen die verschijnen en als je ze met rust laat, vanzelf ook weer verdwijnen, want dat is hun ware natuur.
Dit kan in theorie zelfs in volle strijd, in het moment waarin deze neiging zich in alle heftigheid voordoet, maar in praktijk hebben we dan al lang de achtergrond uit het oog verloren (en daarmee ook onze helderheid). Vandaar het is gemakkelijker om hier mee te oefenen buiten de stijd om, in alle rust gezeten op ons kussen. Er zijn zelfs methodes die zulke neigingen en gevoelens op dat moment echt gaan oproepen, maar evengoed blijf je gewoon rustig in beschouwing voor wat er allemaal in jou, de achtergrond, verschijnt, opkomt, en komt er wel vanzelf iets op dat je uit beschouwing (uit de achtergrond) lijkt te slingeren, en dan kom je gewoon terug en kijk je haast nieuwsgierig naar hoe dit mechanisme zich tracht te ontrollen, maar heel belangrijk: zonder oordeel, zonder veroordeling, zonder afwijzing en ook zonder goedkeuring, gewoon zoals de ruimte open staat of er nu een boeddha in verschijnt of een terrorist, de ruimte laat alles toe en heeft er geen oordeel over en geen voorkeur voor de een of de ander.
Dit is heel anders dan we gewoon zijn te doen. Normaal gaan we zo'n neiging die we niet graag hebben, meteen veroordelen, afwijzen en daarmee onszelf afwijzen en raar genoeg, maar iedereen kan dit vanuit ondervinding toch wel bevestigen (toch zeker als het om diepgewortelde neigingen gaat) wakkeren we het daarmee vaak juist aan. Dat heet verslaving. Een verslaafde is pas verslaafd als die zelf-afwijzing er bij komt kijken, niet in het begin als alles nog gewoon uit nieuwsgierigheid gebeurt, "ah dat eens proberen, oh dat voelt goed, oh nog eens, ja… verdorie, ik begin dit nodig te hebben, ik begin te stelen, en eigenlijk wil ik dit niet, ik wijs mezelf hiervoor af", maar omdat je je zelf niet kunt afwijzen, ga je onbewust en doet het onbewust, m.a.w. je zelfafwijzing versterkt alleen maar het gedrag, en maakt het steeds ingewikkelder, steeds dieper, tot je er op den duur niet meer uit geraakt.
In het klein doet zich dit ook bij ons voor. We hebben neigingen die we niet accepteren bij onszelf, en omdat we ze niet accepteren, maar ze er wel zijn, en zodanig geconditioneerd zijn dat ze toch een uitweg gaan vinden, gaan we er onbewust voor, we verliezen onze helderheid (herken je de verslaafde?) en het is sterker dan onszelf, waardoor we er ons nog slechter bij voelen, nog sneller onbewust voor gaan, en ga zo maar door.
In Dzogchen context komt het er op aan dit mechanisme helder te zien. Als je het ziet ontstaan, sleurt het jezelf niet meer zo mee, en als het dat toch doet en je merkt later dat je toch meegesleurd bent, is het zaak om het feit dat je het toch opgemerkt hebt te benadrukken, en niet er nog meer zelf-afwijzing aan gaan toevoegen, zo van "kijk eens hoe zwak ik ben, ik kan het maar niet tegenhouden, voorkomen", waardoor je steeds meer helderheid verliest en steeds dieper verwikkeld geraakt in die neiging en de gevolgen er van.
Dit is erg simpel en praktisch uitgelegd hoe "zelf-bevrijding" iets kan worden waar we in ons leven dat verre van bevrijd is al wat kunnen mee oefenen, hoe we er ervaring mee op kunnen doen, in hoe het onze helderheid kan bevorderen en kleine lastige neigingen toch al beetje, bij beetje wat losser kan weken. Dit is een positieve benadering, die moed geeft, vertrouwen geeft dat er wel degelijk bevrijding mogelijk is. Kan het in het klein, dan kan het vast ook wel in het groot, alleen dat heeft allemaal zijn tijd nodig. Maar het is nu dat we er mee kunnen aan de slag gaan. Wie het kleine niet eert is het grote niet weerd (zeggen wij, waarbij weerd op waard slaat).
Dorje.