Twijfel (vicikiccha)Wat fragmenten en info over twijfel uit de Sutta-Pitaka.
Gepaste twijfelDe Kalama’s werden bezocht door vele leraren, allemaal met andere inzichten. Stuk voor stuk schepten ze op over hun eigen leer en misprezen die van anderen. De Kalama’s waren hierdoor aan het twijfelen. Wie spreekt hier nou de waarheid. Wie liegt? (Zijn wij ook niet Kalama’s?)
Dit is een context die ik ben tegengekomen waarin de twijfel van de Kalama’s ook door de Boeddha wordt gezien als terecht of passend en niet als iets verkeerds, hoewel zijn intenties wel het wegnemen van twijfel is.
Ik denk dat je wel kunt zeggen dat de Boeddha deze kwestie uit de sfeer van filosofie haalt en meteen uitlegt wat wijs is: als je zelf weet en ziet dat dingen leiden tot nadeel en leed, doe er dan afstand van, en als je zelf weet dat zaken leiden tot welzijn en geluk, leef er dan in overeenstemming mee, hou ze. Ga niet blind af op overlevering, gedachten, visies, mondelinge overlevering, lineage, logische redeneren, geschriften. Je moet het zelf weten en zien wat heilzaam is etc.
Op aangeven van de Boeddha erkennen de Kalama’s dat een geest in beslag genomen door hebzucht, haat en begoocheling verwikkeld raakt in wangedrag of anderen daartoe aanspoort, en dat leidt tot nadeel en lijden. Ze snappen ook dat een tevreden geest, een liefdevolle geest, een wijze of begripvolle geest tot geluk leidt en voordelig is. Ze zien dus zelf in wat heilzaam is en onheilzaam, afkeurenswaardig of foutloos, bekritiseerd door wijzen of juist geprezen, handig of onhandig is. Dat is de basis.
Vervolgens leert de Boeddha de vier Brahma vihara’s te ontwikkelen. Als de geest dan vervolgens helemaal vrij is geworden van vijandigheid, kwade wil, onbezoedeld en zuiver, dan zijn er vier zekerheden gewonnen:
1. Als er wedergeboorte is en vrucht van daden is het mogelijk dat ik na de dood wordt geboren in een hemel
2. Als er geen wedergeboorte is en geen vrucht van daden, dan nog, ben ik dit leven gelukkig want vrij van vijandelijkheid, kwade wil en moeilijkheden
3. Veronderstel dat iets slechts iemand overkomt die ook slechte dingen doet, hoe kan lijden me dan kwellen want ik ben vrij van slechte intenties naar wie dan ook
4. Veronderstel dat degene die kwaad doet geen kwaad oogst, dan zie ik mezelf in beide opzichten gezuiverd.
https://suttacentral.net/an3.65/en/bodhiHet is best wel een aparte sutta, vind ik, vooral wat die 4 zekerheden betreft. Waarom? Omdat het onderricht ook aangeeft dat je best wel ellende en pijn en lijden kan ontmoeten door eerdere slechte daden ook al ben je nu vrij van slechte intenties en daden. Dus geldt dan 2 en 3 dan wel?
Denk aan Angulimala, inmiddels een arahant, die toch bekogeld werd met stenen.
Die zekerheden van 2 en 3 vind ik toch vreemd, maar misschien zie ik iets over het hoofd. Ik hoor het graag.
Hoe dan ook, in deze sutta zie je dus dat twijfel behandeld wordt als iets wat gepast is. Hoe moet je er uit komen wie nou de waarheid spreekt en wie niet? Welke levensvisie is juist en welke niet? Wat is waar? De Boeddha gaat meteen over tot …wat is wijs? Wat leidt tot voordeel en welzijn en wat leidt tot nadeel en leed?
Ik vind het toch allemaal niet zo duidelijk. Het vereist toch visie lijkt me, en niet alleen maar ervaring.
Talloze dingen aangaande beoefening en onderricht kunnen leiden tot twijfels. Geleerde en wijze bhikkhu’s zijn er om zulke twijfels weg te nemen. (MN33§22)
Wie herkent het niet? Je bent niet helemaal zeker hoe iets begrepen of beoefend dient te worden. Dit soort twijfel kan weggenomen worden door wijze leraren. Leraren die het liefst al edele zijn, de stroom zijn ingetreden. Dit lijkt me geen sceptische twijfel. Je kan ook sceptische twijfel hebben bij het onderricht. Dat is niet gunstig en komt later nog aan bod.
Als je geest geobsedeerd wordt door twijfel en je kent de ontsnapping daaraan niet, dan moet je een gewaardeerde monnik benaderen en om de Dhamma vragen die afstand doet van twijfel. (AN6.27)
In de volgende post twijfel als hindernis, 1 van de 5 pancanivarana