Het zelfbeeld ontleen je aan je opvoeders en directe omgeving, zoals door vrienden. Je kreeg een naam en wanneer je naam werd genoemd, reageerde je als kind daarop. Ook op je speelgoed (jouw bezittingen).
Er was een beeld: je bent mooi, lief, vervelend, raar, vreemd, stout, en dergelijke. Een bepaald beeld ging domineren. Misschien was je wel het buitenbeetje van de familie of de Benjamin. Je bevestigde vast dat beeld, wanneer het je uitkwam, niet waar? Ook al veranderde je in de loop der jaren, een bepaald beeld bleef. En je nam er genoegen mee! Je wist voor jezelf dat je zo werd gezien. En je speelde vaak die rol mee. Toch wist je ook dat dat beeld niet klopte.
…
Nu dat je ouder bent, kijk je naar jezelf. Ook volgens dat zelfbeeld. Dat gevoed werd/wordt door ouders, vrienden en jezelf. Misschien hoor je nog altijd de stemmen van je ouders in jezelf, dagelijks. Zich bemoeien met jouw leven. Of is het God en de duivel voor jou?
Pas als het zelfbeeld met wortel en al zal verdwijnen in je leven, zal je vrij zijn. Vrij om te zien wat is, zoals het is. Je zult jezelf leren kennen, hier en nu. Je zult geen conclusie trekken over jezelf en daarmee een ander beeld gaan meedragen! Ieder moment zal nieuw zijn voor je.
Ja, je hebt dan voorgoed je losgemaakt op die manier van je familie. Want zij denken je slechts te kennen, terwijl jij hebt begrepen nu wat zelfkennis is.

Als het zelfbeeld niet sneuvelt, blijft alles voorspelbaar. Genezing van het verleden kan enkel plaats hebben hier en nu zonder enig zelfbeeld. Shit vraagt onverdeelde spontane alles doordringende aandacht. Het zelfbeeld is niets anders dan een bepaalde conditionering dat ervoor zorgt niet geheel vrij te zijn in het oplossen van problemen.