Waar je sowieso niet om heen kan lijkt me, dat je jezelf gadeslaat. Dat je ziet wat je denkt, voelt en doet. Dat niets daarvan jou ontgaat.
Ja, daar bovenop komt dan in boeddhisme vooral, want daar draait het mijns inziens toch in de kern om, dat we gaan ontdekken wat nou eigenlijk gadeslaat. We kunnen niet ontkennen dat het onze perceptie is dat dit iemand is, een 'je' of 'ik', een wezen, een waarnemer is. Als ik me niet vergis noemde Boeddha dit het geloof in zelf.
Onze perceptie is nou eenmaal, en dat schijnt al heel lang zo te zijn, dat geest, dat wat ervaart, dat wat waarneemt, voelt, een wezen is, een persoon, iemand, een waarnemer.
De vraag is, is er wel echt een waarnemer?
Verlichte meesters, Boeddha's onderwijzen volgens mij van niet. De perceptie van geest als een waarnemer wordt fundamentele onwetendheid genoemd. Van hieruit komen de gebruikelijke reacties. Een perceptie van geest als waarnemer brengt natuurlijk ook op gang dat die waarnemer misschien wel status zoekt, eer wil, zich wijs acht, mededogend, verlicht. Een perceptie van geest als waarnemer zal ook met zich meebrengen dat er angst is voor sterven. Het geloof dat deze waarnemer vernietigd wordt bij de dood. Of, in het geval van het geloof in eternalisme, dat deze waarnemer zal voortdurend en in de hemel zal komen bijvoorbeeld. Dat baseert zich allemaal op de perceptie van geest als een waarnemer. Zo zit het niet, onderwees de Boeddha.
Men zegt wel dat boeddhisme hierin uniek is, in deze leer van niet-zelf, de leer dat geest geen waarnemer is, niet iemand, geen wezen.
Als ik me niet vergis dan onderwijst de Boeddha en alle verlichte meesters met hem, dat hoe hardnekkig deze perceptie van geest als waarnemer ook is, en hoe het zich ook als ultieme waarheid aan ons opdringt, het is niet meer dan een conditionering, een zeer krachtige conditionering die over vele levens is ingesleten.
Het kaapt de geest. Het neemt deze totaal in beslag.
Maar is het de ultieme waarheid? Is het, omdat het onze krachtige indruk is dat geest een waarnemer ook echt zo dat geest een waarnemer is? Wat is geest dan?
Ja, daar in doordringen.
Over de waarheid van geest, over ons, over zichzelf, sprak Boeddha mijns inziens in termen van Het Ongeconditioneerde, Het Doodloze, dat wat nooit geboren is, niet veroudert, niet ziek wordt, niet sterft. In die zin sprak hij over de waarheid van de beëindiging van lijden. Ja, ik geloof, als de natuur van geest.
Het is niet iets wat veroorzaakt wordt door beoefening.
Geen product van conditionering, methode of tijd. Omdat het echter uiterst zeldzaam is dat iemand het ogenblikkelijk ziet of realiseert, onderwijst de Boeddha een Pad naar het Ongeconditioneerde, een training, een methode. Maar het mag zeker niet zo begrepen worden dat de methode of het Pad het Ongeconditioneerde creeert of de waarheid van de beëindiging van lijden veroorzaakt.
De hamvraag is: is geest een waarnemer?
Is de perceptie van geest als waarnemer, enkel omdat dit voor ons zo overtuigend aanvoelt, wel juist? Is het de ware staat van geest of is het enkel een hardnekkige conditionering die zich heel erg opdringt in de geest?
Een ware leraar kan ons hierbij helpen. Idealiter weet een leraar dit boven alle twijfel en belichaamt deze de beëindiging van lijden, de realisatie van de natuur van geest en de ontworteling van onwetendheid.
Siebe