Discussies of min of meer eenzijdige schrijfsels over het ‘zelf’ of het ego in (of over) het boeddhisme lopen nogal eens uit op de ronduit starre doctrine van het zogeheten 'niet-zelf'. Met daarbij de gebruikelijke, welhaast metafysische conclusie dat het 'zelf' immers een illusie zou zijn. Het is de vraag of dit eigenlijk wel volledig in lijn is met wat de Boeddha feitelijk leerde over het (niet-)zelf (anattā). Vooral in het latere boeddhisme is men nogal stellig over de volledige ontkenning van het ātman (eeuwige zelf). Gautama de Boeddha liet deze kwestie vermoedelijk meer in het midden.
Volgens mij ontkende Gautama de Boeddha helemaal niet het bestaan van een 'zelf' (hij beschouwde het eerder als zijnde noch een illusie, noch iets substantieels), maar zag hij het 'zelf' eigenlijk als een onafgebroken veranderlijk proces. Je 'zelf' is dus feitelijk een dynamisch proces van verandering en dat ontvouwt zich onafgebroken. Wanneer men zich daar niet van bewust is, leeft men inderdaad in een illusie. Wie zich er wél van bewust is, hecht zich niet langer aan allerlei vaststaande beelden van wie of wat we zijn. Dat noemen we onthecht zijn, of zich niet vereenzelvigen. En dat is de ware vrijheid. Niets meer, niets minder.
Dit lijkt me een goede analyse BA, voor wat het waard is

Op het vlak van identiteit spelen volgens de Pali overlevering eigenlijk twee zaken of niveaus:
-1. identiteitsvisies....
beschouwingen over jezelf. "Ik ben dit of dat". Deze blokkeren progressie. Een uitdrukking of geloof in de vorm van '
Dit ben Ik' of 'Ik ben dit' is een uitdrukking van gehechtheid en onwetendheid. Of het nu gaat over emoties, neigingen, gedachten, geuren, kleuren, waarnemingen, drang, drift, al het ervarene komt en gaat en hoe kun je dat zijn? Verdwijn je dan zelf als gedachten verdwijnen? Als boosheid stopt? Als een bepaalde aandrang eindigt? etc?
Ik denk dat er ook wel bij hoort...'Ik ben nederlander, ik ben boeddhist"...daarvan de betrekkelijkheid inzien. Er niet star mee omgaan.
2. perceptie van jezelf...dit zit niet op het niveau van visie of beschouwing maar meer op het niveau van beleving. Je kunt het bijvoorbeeld eng vinden dat gedachten eindigen en dat je geestelijk in stilte verkeert. Dat kan een gevoel van onveiligheid geven omdat je dan de perceptie krijgt dat je niet meer bestaat. Dus er loopt een schema of gewoonte in de geest die er zo uitziet: "er zijn gedachten, dus "Ik ben", of "Ik besta, want er zijn gedachten". Deze neiging meet als het ware je eigen bestaan constant af aan het feit dat je allerlei zaken ervaart. Als een spiegel en diens spiegelbeeld.
Hier zit ook een heel stuk gehechtheid en onwetendheid want besta je echt niet meer als je driftigheid eindigt, als begeerte eindigt, als gedachten eindigen of een lichaamsbesef eindigt etc?
Het eindigen van formaties kan leiden tot angst door dit diepe ingesleten patroon om je eigen bestaan "Ik ben" af te meten aan ervaringen.
Dit heet asmi mana in de Pali overlevering en gaat volledig verloren bij arhantschap.
In jhana gebeurt dit eindigen van formaties ook. Steeds subtielere formaties eindigen. Mensen die jhana ervaren kunnen hierdoor ook voordeel hebben er van. Je kunt via jhana ook een staat bereiken waarin zelfs cognitie eindigt en alle waarneming en gevoel.
De volgorde in de Pali overlevering is dat je eerst het grove prijsgeeft, de verkeerde visies over jezelf die leiden tot verstarring.
Ik ben dit en dat is geen uitdrukking van wijsheid maar van verstarring en daarmee blokkeert het je ontwikkeling. Later wordt ook afstand gedaan van asmi mana.
Er is dan niks meer wat belast. Door wijsheid bevrijd.