Je maakt het nu wel wat ingewikkeld... Ik denk dat we hier een duidelijke nuance moeten gaan aanbrengen tussen de Meesters van de leringen en de geschriften zelf. Of de leer altijd zuiver en juist is opgeschreven, dat is een vraag, die ik hier verder liever buiten wil houden, dat mag wat mij betreft een andere discussie zijn.
De persoon van Gautama de Boeddha; Jezus Christus, Krishna, Mohammed, Mozes, enz. is iets anders dan wat zij de mensen willen bijbrengen. We hebben al vaker geconstateerd, dat de Meesters niet hun leringen zijn. De leer is ethisch geladen en een poging om volgelingen wakker te schudden, om het zo maar even kort te kenschetsen. De geschriften die wij nu kennen zijn slechts gestolde realiteit, woorden zijn op zichzelf morsdood. Er kan niets levends mee worden overgebracht. Woorden kunnen echter wel gebruikt worden en misbruikt. En dat gebeurt in de communicatie onophoudelijk. Echter, als een Leraar zijn volgelingen wil onderwijzen, kan dat slechts via woorden. Er is eigenlijk geen andere manier. Daar komt nog bij dat de mens vast zit in allerlei persoonlijke bespiegelingen. Kom daar maar eens doorheen!
Als ik dus stel, dat ik de Boeddha een zeer groot Meester vind, vergelijkbaar met de kwaliteit van Jezus Christus, in wie ik mijn kracht vind via het geloof, dan spreek ik over wat we weten van de Boeddha en van Christus. Ik vind het een verrijking om in ieder geval twee religies diepgaand te hebben leren kennen, met de bijbehorende studie. Mijn weg is echter die van Christus. Maar wat maakt dat uit? Ook dat is weer een aparte discussie.
Hopelijk heb ik uit kunnen leggen wat ik bedoel met het (h)erkennen van de kwaliteit van een Leraar. Het betekent dat er iets in je is geraakt, dat het zinvol is, zingevend. Ik ben wat dit aangaat een 'aparte' christen, apart van veel mainstream (vooral orthodoxe) christenen. Ik respecteer ze, maar ik vind dat er regelmatig bepaalde karikaturen over het boeddhisme rondgaan, die niet terecht zijn. En dergelijke karikaturen over het christelijk geloof vind ik onder mensen die zich met name aangetrokken voelen tot het boeddhisme ook terug. Als we het hebben over een interreligieuze dialoog, dan merk ik dat men altijd in de verdediging schiet. Er wordt gewoon niet naar mij geluisterd, er wordt niet doorgevraagd. Meestal worden er helaas bepaalde specifieke strikvragen gesteld, om te bezien of het christelijk geloof meteen kan worden getackeld. En dat men daardoor het eigen geloof of de eigen religieuze weg kan herbevestigen als toch de enige zaligmakende leer. Dit is het rijk der onverdraagzaamheid. En onverdraagzaamheid is volgens de Soefi's een heilige ziekte.