Het menselijke denken is geen enkel probleem. Het is noodzakelijk om te kunnen leven en overleven. Helaas maakt de mens veel verkeerde interpretaties van de werkelijkheid. Dat is meestal gebaseerd op dat wat men vanaf de jeugd krijgt ingeprent door opvoeding en kopieergedrag. Een kind is onschuldig, weet niets, moet alles leren. En dat begint met elk leven opnieuw, er is geen automatisch historisch besef. Uiteraard heeft de mens vanuit de lange evolutie zoveel overlevingsmechanismen opgedaan, dat dit zelfs in ons DNA verankerd ligt.
We kunnen niet meer "terug naar de natuur", onmogelijk. En... We zijn natuur, ondanks al onze technische verworvenheden. Hoe vermenselijken we ons hart? Er is maar één manier: liefde, liefhebben. Zelfs Gautama de Boeddha leert dat, ondanks alle vastgelegde uitspraken. Haat wordt niet opgeheven door haat, zegt hij in het Dhammapada, maar haat wordt opgeheven door liefde. Dat is de eeuwige wet. Maar wat is liefde. De mens kent verliefdheid, maar dat is slechts een facet van de liefde. En gericht op de voortplanting, zelfs. De moederliefde is diep en komt zeer dicht bij de universele liefde. Zeer dichtbij. Maar ook de moederliefde is nog gericht op het overlevingsinstinct. Het leven geeft ons alles om te overleven, het geeft alles wat we nodig hebben. Maar dan komt de uitdaging: hoe lief te hebben. Dat is een zeer lange weg, die velen niet kunnen vinden. Ik zeg dat liefde het enige is waar ons leven om draait. We moeten overleven, dat is noodzakelijk. En we kunnen geen liefde ontberen, anders sterven we als kind of we raken de weg kwijt als volwassene. Leren liefhebben is dat wat het bestaan ons wil leren, als we weten te overleven. Liefde gaat verder dan overleven, het is de bloei van ons leven.
De rups (metafoor) is slechts bezig om zich te voeden en te voeden. Zijn hele leven lang eet hij en groeit hij. Daarna kapselt hij zichzelf in, wordt een pop en sterft uiteindelijk. Dan vliegt hij weg vanuit de pop als een vlinder (metafoor), de bevrijdende liefde is ontstaan. Die vlinder (metafoor) zijn we allemaal. Kúnnen we allemaal zijn. En wie geen rups (metafoor) weet te zijn, kan nooit vlinder (metafooor) worden. En daar gaat het helaas mis, want we willen meteen, á la minuut, die vlinder (metafoor) zijn. En dat kan niet. Als de tijd rijp is, word je een vlinder (metafoor). Maar dan moet je wel eerst een rups (metafoor) willen zijn.