Beste mensen,
Ik kwam op een ander forum een stukje tegen over een soetra gesproken door de Boeddha (ik weet helaas niet welke), waarin werd gezegd, men moet zichzelf niet gaan vergelijken door te kijken is men beter dan anderen, of is men slechter dan anderen, of zelfs is men gelijk aan anderen.
Maar ik kwam ook een soetra tegen, de Gavesin Sutra, die vertelt over een man die door telkens voor zichzelf een beter doel te stellen in vergelijking met anderen, zichzelf en zijn volgelingen tot de verlichting bracht. Dus ergens is competitie en het streven naar beter zijn toch een goede kwaliteit.
Ik vind het apart dat hetzelfde mechanisme, vergelijking, zulke verschillende uitkomsten kan hebben, afhankelijk van de benadering. Maar het lijkt ook zo dat het tweede geval misschien een uitzondering is?
Ben benieuwd wat jullie hiervan denken.
Met iets koele en bewolkte groet,
Bodhiboom
Hij ziet iets, maar er komt geen begeerte bij, en ook geen afkeer en geen onwetendheid.
Hij hoort iets, maar er komt geen begeerte bij, en ook geen afkeer en geen onwetendheid.
Hij ruikt iets, maar er komt geen begeerte bij, en ook geen afkeer en geen onwetendheid.
Hij proeft iets, maar er komt geen begeerte bij, en ook geen afkeer en geen onwetendheid.
Hij raakt iets aan, maar er komt geen begeerte bij, en ook geen afkeer en geen onwetendheid.
Hij denkt iets, maar er komt geen begeerte bij, en ook geen afkeer en geen onwetendheid.
oorzakelijk ontstaanMijn vermoeden is dat het hier mee te maken heeft.
Je kent dat wel die momenten dat je bij jezelf ontdekt dat er een soort verwaandheid in je leeft, (beter zijn dan anderen) , en op andere momenten ontdek je dat er een soort minderwaardigheid in je leeft, (minder zijn dan de anderen), of dat je tot de conclusie komt dat we allemaal gelijk zijn aan elkaar.
Allemaal prima en wel, echter, let wel : hij denkt iets, maar er komt geen begeerte bij, en ook geen afkeer en geen onwetendheid.
blijf er niet in hangen.
Als je die verwaandheid of minderwaardigheid of gelijkheid beschouwd, met het achterliggende idee, met de vaste overtuiging , in volle blindheid (onwetendheid) van een "ik" die verwaand is, van een "ik" die minderwaardig is, van een "ik" die gelijk is, dan kan dat niet gezien worden als de bevrijding waar boeddha het over heeft.
Toch kan zich vergelijken (met mensen die wel de bevrijding inzien zoals boeddha) juist een aanzet zijn om het innerlijke pad te bewandelen (=religie) dat voert naar het inzien.