Forum > Diep tekstonderzoek Siebe

Voordelige Percepties

(1/3) > >>

teksten Siebe:
Voordelige percepties

Perceptie is een belangrijk aspect van de geest en dus ook onderwerp binnen de Boeddha-Dhamma van de Pali overlevering. Hoe heb je iets of iemand in beeld op een bepaald moment? Vanuit welke innerlijke visie of begrip kijk je er naar? Perceptie van iets of iemand kan soms per seconde verschillen en maakt dat niet heel veel uit voor wat je beleeft op dat moment bij iets of iemand?

De Pali teksten spreken over voordelige en onvoordelige percepties. In deze serie posten gaat het vooral over de voordelige. De voordelige percepties die hier onder worden opgesomd, vallen onder die van anicca, dukkha en anatta en/of een combinatie. Deze percepties hebben allemaal als doel om de happigheid, de koorts, de drift die de geest doet uitgaan naar al het geconditioneerde, en er aan vast doet klampen, hechten, af te zwakken en eindigen. Het moet de brandstof van dat hechten wegnemen en moet je op koers houden, zeg maar richting Nibbana.

De Dhamma beoefening is ook een kwestie van op koers blijven. Een sutta die dit heel beeldend beschrijft is : https://suttacentral.net/sn35.241/en/sujato.
Voor een stuk drijfhout in de Rijn is het mogelijk dat het in de Noordzee belandt maar de kans is ook heel groot dat het onderweg ergens aanspoelt of misschien er uit gevist wordt. Op dezelfde manier kan een beoefenaar stromen naar de zee van Nibbana maar er zijn ook vele mogelijkheden om niet daar te belanden. Deze worden heel beeldend beschreven in de sutta. Een creatief hoogstandje.

De voordelige perceptie die hier in deze serie worden besproken dienen ook vooral om je op koers te houden. Sommige lijken nogal deprimerend, maar ik denk dat je de koers in de gaten moet houden. Sommige teksten geven ook aan dat je de voordelen er van moet overwegen voor jezelf.

De teksten zeggen over de voordelige percepties:

- “Wanneer deze percepties worden ontwikkeld en gecultiveerd, leiden ze tot grote vruchten en voordeel. Ze monden uit in het doodloze, ze kennen het doodloze als hun vervolmaking.” (AN10.56/57)

En,

-Als je deze percepties ontwikkelt,  kan verwacht worden dat je bloeit en vooruitgaat en niet achteruit gaat. (DN16§1.10)

De voordelige percepties die hier worden behandeld zijn:

- de perceptie van de dood (maranasanna)
- de perceptie van onaantrekkelijkheid (asubhasanna)
- de perceptie van de weerzinwekkendheid van voedsel (ahare patikkulasanna)
- de perceptie van geen enkele verheugenis in de gehele wereld (sabbeloke anabhiratasanna)
- de perceptie van tijdelijkheid/onbestendigheid (aniccasanna)
- de perceptie van het onbestendige in alle geconditioneerde verschijnselen
- de perceptie van lijden in het onbestendige (anicce dukkha-sanna)
- de perceptie van niet-zelf (anatta sanna)
- de perceptie van niet-zelf in wat lijden is (anatta dukkha sanna)
- de perceptie van afstand doen (pathanasanna)
- de perceptie van hartstochtloosheid (viraga sanna)
- de perceptie van beëindiging (nirodha sanna)

Als je het bovenstaande lijstje onderzoekt dan zie je dat het in feite de tegenhangers zijn van de

Vier onvoordelige percepties of verdraaiingen

- de perceptie van schoonheid of aanlokkelijkheid (subha sanna)
- de perceptie van bestendigheid (nicca sanna)
- de perceptie van genoegen of voldoening of geluk (sukha sanna)
- de perceptie van zelf (atta sanna).

Op deze vier manieren naar iets of iemand kijken, voedt de koorts, drift, begeerte, het vastklampen, het hechten. Als zodanig staan deze vier onvoordelige percepties of verdraaiingen aan de basis van samsara. Ze voeden de lijden spiraal.

Het vers in AN4.49 zegt het zo:

“Bestendigheid zien in het onbestendige
Plezier in het stressvolle
Zelf in wat niet-zelf is
Aantrekkelijkheid in het onaantrekkelijke,
Wezens vernietigd door verkeerde visie, worden gek, buiten zichzelf
Gebonden aan Mara’s juk
Met dit juk vinden ze geen rust.
Wezens gaan door met rondzwerven
Leidend tot geboorte en dood.
Maar wanneer Ontwaakten in de wereld komen,
Licht in de wereld brengen,
Verkondigen ze de Dhamma
Leidend tot het einde van stress.
Wanneer diegene met inzicht luisteren,
Hervinden ze zichzelf.
Het onbestendige zien ze als het onbestendige
Het stressvolle als stressvol
Wat niet-zelf is als niet-zelf
Het onaantrekkelijke als onaantrekkelijk.
Met juiste visie
Komen ze alle stress en lijden te boven”.

Deze vier onvoordelige percepties, deze manieren van innerlijk zien en begrip, zijn uiteraard stevig verankerd in onze aanleg. Ga zelf maar na. Hoe vaak heb je iets of iemand wel niet in beeld als aantrekkelijk, bestendig, voldoening schenkend of als ‘Dit ben Ik’ of ‘Dit is van-mij”. Doorlopend, vind ik. Je voelt nog geen pijntje of je hebt dat ook meteen in beeld als ‘dit is van-mij’, ‘Ik heb pijn’. De manier waarop je zaken innerlijk in beeld hebt, maakt heel veel uit. Dat is wel in te zien.
De teksten zeggen dat het zoveel uitmaakt dat je ofwel de lijden spiraal alleen maar versterkt en continueert, of doorbreekt.

De perceptie van bestendigheid vind ik een wat sneaky perceptie. Ik denk dat die perceptie vooral zichtbaar wordt als je je verbaast over veranderlijkheid. Bijvoorbeeld dat je dacht dat je altijd gezond zou blijven, en dan opeens ziek wordt. Dat je niet aan de dood dacht maar het bericht krijgt dat je niet lang meer te leven hebt (of dierbaren). Dat je spullen het altijd doen. Dat een relatie nooit over zal gaan. Dat je zintuigen altijd functioneren. Het is denk ik sterk verbonden met een soort naïviteit. Dat je alles maar vanzelfsprekend vindt. En dan opeens blijkt het allemaal niet zo bestendig of vanzelfsprekend.
Het zou er ook naar kunnen verwijzen dat we weinig tot geen gevoel hebben voor het feit dat alles wat we ervaren niet zomaar gegeven is maar voorwaardelijk ontstaat op dit moment. De perceptie van bestendigheid vind ik niet heel bewust aanwezig zoals een perceptie van aantrekkelijkheid,  maar is meer op een soort onbewuste manier constant sluimerend doorheen alles aanwezig.

De perceptie van aantrekkelijkheid wakkert natuurlijk de drift en koorts aan.
De perceptie van geluk of voldoening heb je als je bijvoorbeeld uitziet naar iets lekkers of moois vanuit de perceptie dat dit je gelukkig maakt. Deze perceptie zie ik makkelijk bij mezelf. Vaak is er ook iets wat je jezelf in het vooruitzicht stelt om gelukkig te worden. 'Straks ga ik dit of dat beleven en ben ik even gelukkig'. Sukha perceptie.

Hoe dan ook, er worden dus onvoordelige en voordelige percepties onderscheiden. De onvoordelige worden ook de vier verdraaiingen van perceptie genoemd (bijvoorbeeld in AN4.49). Terwijl dus de onvoordelige percepties de koorts en het hechten voeden en aan de basis staan van de lijden spiraal, staan de voordelige percepties aan de basis van het doorbreken van die lijden spiraal (samsara).

Om Nibbana te realiseren moeten we afstand doen van de onvoordelige percepties (nicca, atta, sukha en subha) en de voordelige ontwikkelen (anicca, anatta, dukkha en asubha). In de volgende posten meer info over de te ontwikkelen voordelige percepties.

Uiteraard deel ik dit met jullie als leerling en niet als leraar. Ik heb het wel wat voorzien van een persoonlijke noot. Vind ik leuk. Commentaar welkom, misschien in een aparte draad.

groetjes

Bodhiboem:
En jij zegt dan dat Papaji ongelijk had toen hij zei dat boeddhisten droog en passieloos waren! Als je je percepties zodanig verzet dat je al die zogeheten “voordelige” percepties ervaart, dan is het geen wonder dat je alles wilt beëindigen en naar het Nirvana wilt gaan. Het doet mij denken dat jou Dharma alleen bestaat uit het scheppen van condities waarbij je de passies “uit wilt blazen”.

Persoonlijk denk ik dat er wel andere manieren zijn om de verlichting te bereiken, zoals ik wel eerder heb gezegd. De Boeddha was geen boeddhist, dus waarom zouden mensen zoals Ramana Maharshi, Papaji, Osho en anderen geen verlichting hebben bereikt?

teksten Siebe:
Bronnen en Afkortingen

Bronnen

-Digha Nikaya (DG): The Long Discourses of the Buddha, A translation of the Digha Nikaya by Maurice Walshe, 1996;
-Majjhima Nikaya (MN): The Middle Length Discourses of the Buddha, A new translation of the Majjhima Nikaya, original translation by Bhikkhu Nanamoli, translation edited and revised by Bhikkhu Bodhi, 1995;
-Samyutta Nikaya (SN): The Connected Discourses of the Buddha, A New Translation of the Samyutta Nikaya, Bhikkhu Bodhi, Volume I+II, 2000;
-Anguttara Nikaya (AN): The Numerical Discourses of the Buddha, A Translation of the Anguttara Nikaya by Bhikkhu Bodhi, 2012;

Afkortingen

DN: Digha Nikaya 
MN: Majjhima Nikaya
SN: Samyutta Nikaya
AN: Anguttara Nikaya 

teksten Siebe:
De perceptie van de dood

Medicijn tegen gehechtheid aan het leven

Wanneer de geest gewend is geraakt aan de perceptie van de dood keert de geest zich af van gehechtheid aan het leven en ofwel gelijkmoedigheid of weerzin vestigt zich.  Net zoals een veer die je in vuur gooit, keert de geest zich af van gehechtheid aan het leven. Als de geest toch neigt naar gehechtheid aan het leven, dan moet het zo begrepen worden dat deze perceptie nog onvoldoende ontwikkeld is en er nog geen verschil merkbaar is tussen de situatie eerder en na beoefening. De vrucht van de oefening is dan nog niet verwezenlijkt. Omgekeerd als dit wel het geval is. (AN7.49)

Oefening

Er wordt ook wel gesproken over mindfulness van de dood (marana-sati). Hoe ontwikkel je dit?
Wanneer de avond valt, denk je na over de talloze oorzaken waardoor je zou kunnen sterven: ‘Een slang zou me kunnen bijten, een schorpioen of duizendpoot zou me kunnen steken en ik zou kunnen sterven. Ik kan struikelen en vallen of  een voedselvergiftiging krijgen, of mijn gal kan geagiteerd raken of slijm of scherpe winden kunnen geagiteerd raken, mensen zouden me kunnen aanvallen, wilde geesten zouden me kunnen aanvallen. Ik zou kunnen sterven door talloze oorzaken. (Je kunt dit natuurlijk aan het moderne leven aanpassen).

Als je beseft dat er talloze oorzaken zijn waardoor je zou kunnen sterven, dien je je af te vragen: ‘Heb ik slechte onheilzame zaken bij me waarvan ik nog geen afstand heb gedaan, die een obstakel zou worden voor mij als ik vanavond zou sterven? Als je  na deze beschouwing weet dat je slechte onheilzame zaken bij je hebt die een obstakel zouden vormen als je vanavond zou sterven, dan moet je  een buitengewoon verlangen opwekken, ijver, enthousiasme, onvermoeibaarheid, mindfulness en helder begrip om afstand te doen van deze onheilzame zaken. Met de urgentie alsof je hoofd of kleding in brand zou staan.
Mocht je na beschouwing weten dat je niet zulke onheilzame zaken bezit die een obstakel zouden worden als je vanavond zou sterven, dan dien je in diezelfde vreugde en blijdschap te verwijlen en dag en nacht te (blijven) trainen in heilzame zaken.

Dezelfde overwegingen moet je ook doen wanneer er weer een nieuwe dag begonnen is. Dus aan het begin en einde van de dag. (AN6.20, AN8.74)

Wat persoonlijke overwegingen

Ik vind het zelf een fijne oefening om te denken aan de dood. Ik vind het niet meer deprimerend. Het haalt een heel stuk vuur en ambitie weg, waanzin. Het maakt me eerder gevoeliger dan angstig.
Ik ben nog wel gehecht aan het leven. Ik weet dat dit niet helpt, en een enorme last wordt als je stervende bent. Gehechtheid, waaraan dan ook, zal uiteindelijk toch geen medestander blijken. Daarom vind ik het ook wel belangrijk om deze perceptie van de dood te ontwikkelen. Alles is alleen maar tijdelijk. Bij de dood kun je niks meenemen. We staan er dan ook alleen voor. Vele geliefden hebben de overgang al gemaakt. We zitten allemaal in dit schuitje. Alles is slechts een kwestie van tijd.

In de volgende post meer informatie over de perceptie van onaantrekkelijkheid.

teksten Siebe:
De perceptie van onaantrekkelijkheid/lelijkheid/smerigheid, asubha-sanna

Medicijn tegen (wel)lust

Wanneer je geest gewend is geraakt aan de perceptie van onaantrekkelijkheid dan keert je geest zich af van seksueel verkeer en ofwel gelijkmoedigheid of weerzin vestigt zich. Als de geest toch neigt naar seksueel verkeer dan dient het zo begrepen te worden dat deze perceptie van onaantrekkelijkheid nog niet ontwikkeld is. De vrucht er van is dan nog niet verwezenlijkt. Er is dan geen verschil tussen je eerder conditie en er na. Omgekeerd als de geest niet meer naar seksueel verkeer neigt. (AN7.49)

De meditatie op smerigheid zal afstand doen van wellust. (MN62)

Oefening

Hierbij beschouw je het lichaam opwaarts van de zolen van je voeten en neerwaarts vanaf de punten van je haar omsloten door huid, gevuld met vele soorten onzuiverheden: ‘Er zijn in dit lichaam hoofdharen, lichaamsbeharing, nagels, tanden, huid, vlees, zenuwen, beenderen, beenmerg, nieren, hart, lever, borstvlies, milt, longen, ingewanden, ingewandenvlies, maag, feces, gal, slijm, pus, bloed, zweet, vet, tranen, smeersel, kwijl, snot, gewrichtssmeer, urine. (AN10.60)

Persoonlijke overwegingen

Ik vind wel dat je iets moet overwinnen om het onaantrekkelijke te beschouwen. Maar ik vind het toch ook wel een goede zaak. Want het leert je wel wat dieper kijken.

Ik had eerder best een mooie zwarte auto. En mensen complimenteerden me er mee puur op basis van het uiterlijk. Maar ik wist dat er van alles aan mankeerde. Hoe mooi ie er ook uitzag aan de buitenkant, eigenlijk was het maar een wrak van een auto. Levens op social media zijn ook allemaal schitterend…ja, ja…Het uiterlijk (e vertoon) kan bekoren en bedriegen. Letterlijk wat dieper kijken naar de aard van dit lichaam of andere blinkende zaken, en wat door de oppervlakte heen kunnen kijken, lijkt me wel belangrijk. Laat je niet gek maken.

Vaak overdrijf je ook het aantrekkelijke aspect van iets of iemand, vind ik. Ik heb dat ook steeds meer met zintuiglijk genot. Als je je daar nog erg aan vastklampt, dan ervaar je het als iets heel aantrekkelijks. Dit kan slijten, merk ik.
Het is ook wel een goede zaak, vind ik, om je niet door al dat bekoorlijke te laten leiden en tegelijkertijd ook nadelen of schaduwkanten te kunnen zien in het bekoorlijke. Sutta’s belichten ook dat de Boeddha het genoegen kent van de zintuigen, het gevaar en de ontsnapping. Zo is het compleet.

Tuurlijk is gehechtheid ook echt wel sterk verbonden met een perceptie van aantrekkelijkheid, schoonheid, bekoorlijkheid.

De teksten (SN54.9) beschrijven ook een situatie waarin monniken zo intens op de de onaantrekkelijkheid van het lichaam mediteerden dat ze van dit lichaam begonnen te walgen en er van verlost wilden worden. Ze pleegden massaal zelfmoord. Dit was in de tijd dat de Boeddha in retraite was. Best bizar, maar het toont ook wel aan hoe ingrijpend perceptie is. Het is zo bepalend. Het staat aan de basis van de lijden spiraal en ook van het doorbreken.

Disclaimer

Het volgende geldt voor alle voordelige percepties die hier worden besproken. Nee, eigenlijk voor alle oefeningen.

Dat het zo negatief uitpakt als in SN54.9 wordt beschreven, is natuurlijk helemaal niet de bedoeling. Dat moet je ook wel steeds in de gaten houden lijkt me bij alle oefeningen. Als de voordelige percepties die hier besproken worden je alleen maar angstiger maken, somber en depressief, dan kun je natuurlijk niet meer spreken over voordelige percepties. Als het ons leven alleen maar moeilijker maakt…dat is niet de bedoeling. Je moet de grote lijnen blijven zien. Altijd. Het is mij duidelijk dat deze voordelige percepties alleen voordelig zijn als ze de koorts, de gretigheid, de obsessie die in je zit, afzwakt en daarmee de waanzin in je. Het is niet voordelig om depressief te worden maar wel om nuchterder te worden, realistischer, meer in balans, wakkerder.   

Op zich vind ik het wel een goede oefening al was het maar om voorbij de oppervlakte van zaken te leren kijken, en zaken op een meer evenwichtige manier in je zicht te hebben.

In de volgende post meer informatie over de perceptie van de onaantrekkelijkheid van voedsel.
 

Navigatie

[0] Berichtenindex

[#] Volgende pagina

Naar de volledige versie