Deel 1
“Mensen hebben veel onbegrip over het Edele Achtvoudige Pad. Wanneer Westerlingen over boeddhisme beginnen te leren, starten ze vaak bij het bestuderen van het Edele Achtvoudige Pad. Maar dit is niet de juiste volgorde. In de sutta’s, wanneer de Boeddha een verhandeling geeft over het Edele Achtvoudige Pad, komt dat altijd aan het einde van de verhandeling ter sprake. Na met mensen gesproken te hebben en totdat hij ze in de juiste geestesgesteldheid heeft gekregen, daarna legt hij het Pad uit.
We moeten begrijpen dat het Edele Achtvoudige Pad niet een pad is dat we elke dag een beetje beoefenen. Het Edele Achtvoudige Pad betekent dat alle factoren Juist zijn: Juiste Visie, Juiste Motivatie, Juiste Spraak, Juist Handelen, Juiste Levensonderhoud, Juiste Inspanning, Juiste Mindfulness, Juiste Samadhi. Ze zijn allemaal Juist, en met Juist wordt perfect bedoeld. En omdat ze perfect zijn, verschaffen ze een pad dat in staat is om de geest, stap voor stap, naar het uiteindelijke doel te brengen. In andere woorden, ze initiëren een pad moment, het moment van Sotapanna, Sakadagami, enzovoort. Dit is de ware betekenis van het Edele Achtvoudige Pad.
Natuurlijk moeten we geleidelijk oefenen om elke pad factor te perfectioneren; dat is noodzakelijk. Maar simpelweg het Edele Achtvoudige Pad een beetje hier en daar beoefenen, zal ons niet bij het doel brengen. Vandaag doen we dit, morgen zullen we dan doen, enzovoort. Het Edele Achtvoudige Pad is, in werkelijkheid, het pad naar Nibbana. Dit betekent dat het culmineert in perfectie op een erg diep niveau in de geest. Het is niet simpelweg een reis van het ene stadium naar het andere; diens verwezenlijking vereist een meditatie praktijk die erg diep is gegaan, tot een punt waar al deze factoren versmelten met gelijke kracht en bedoeling. Alleen wanneer de tijd en condities juist zijn, vindt het pad moment plaats. Dat gezegd zijnde, het Edele Achtvoudige Pad is niet slechts boeddhisme uit een boekje. Dat is iets wat niet goed begrepen wordt.
Volgens dezelfde lijn van redeneren, het Edele Achtvoudige Pad is niet een pad dat men aflegt zoals men dat doet bij een weg of bij een voetpad. Echter, het Pad is opgezet als een methode van transcendentie. Wanneer we het werk gedaan hebben om het Pad op de juiste manier vorm te geven, functioneert het als een kanaal voor het ontstaan van transcendente staten van de geest- Sotapanna, Sakadagami, Anagami en Arahant.
Als gevolg hiervan ontstaan alle factoren van het pad gelijktijdig. Het is moeilijk te verwezenlijken want we moeten al deze factoren precies op hetzelfde moment juist krijgen. Na het werk gedaan te hebben, wanneer de juiste condities ontstaan, zullen ze allemaal samenkomen en het pad moment voortbrengen.
Om dit te verwezenlijken moeten we geleidelijk alle voorwaarden ontwikkelen die noodzakelijk zijn om dat moment plaats te laten vinden. Het heeft niet alleen betrekking op formele meditatie beoefening maar op al onze activiteiten gedurende de dag. Inspanning en wijsheid moeten ten alle tijden aanwezig zijn om elke situatie in Dhamma om te vormen.
Om te beginnen dienen we de factoren van het pad eerst ieder voor zich te ontwikkelen. Dat is noodzakelijk. Wanneer deze factoren goed ontwikkeld zijn, dan zal onze beoefening sterk zijn. Wanneer ze sterk genoeg is, kunnen de factoren samen komen om als een brug te werken die naar de andere kant gaat- bijvoorbeeld van het pad moment van Sotapanna tot diens verwezenlijking. Hoewel het nodig is om de factoren van het pad op individuele wijze te ontwikkelen, moeten we niet denken dat die factoren zelf het Pad zijn. Het Pad ontstaat alleen wanneer alle acht factoren geperfectioneerd zijn. Benadrukken dat alle factoren “Juist” zijn, betekent in werkelijkheid dat ze volmaakt zijn. Als ze eenmaal in perfecte harmonie zijn met elkaar vindt het Pad moment plaats.
Maggasamaggi is de toestand waar alle factoren van het pad gelijktijdig bij elkaar komen om een transcedent pad te worden. Alle acht moeten op hetzelfde moment aanwezig zijn. Het is niet alsof we sila beoefenen, daarna samadhi, daarna panna, in die specifieke volgorde. Noch is het eenvoudigweg de goede gevolgen die we verzamelen door deze factoren gedurende een lange tijd te beoefenen. We kunnen die betekenis er aan toekennen, maar dit betekent het feitelijk niet.
In de Samannaphala Sutta van Digha Nikaya, toen de Boeddha koning Ajatasattu onderwees, begon hij met dana en ging daarna naar sila enzovoort, totdat hij uiteindelijk bij het Edele Achtvoudige Pad aankwam. In andere woorden, het Edele Achtvoudige Pad kwam helemaal aan het einde van Boeddha’s verhandeling. Nadat de Boeddha de factoren van het Pad had behandeld, betoonde de koning- die erg geraakt was door wat hij had gehoord- respect en vertrok. De Boeddha vertelde de aanwezige monniken toen dat als de koning niet zijn vader had vermoord, hij zeker het Pad zou hebben ervaren. Dit geeft aan dat het Pad op dat punt niet gevormd kon worden omdat de sila factor van de koning zwak was, dat verhinderde dat alle acht factoren met gelijke sterkte bij elkaar konden komen.
Dus om het Pad volledig te realiseren moeten we onszelf in alle pad factoren trainen totdat ze sterk genoeg zijn om voorbij te gaan. Maar het Pad is veel meer dan een manier van trainen, want het is door het Pad dat het doel op rechtstreekse wijze wordt ervaren. Uiteindelijk bereiken we een situatie waarin het doel bekend is geworden, maar niet noodzakelijkerwijs gerealiseerd. In andere woorden, we kunnen weten dat het doel daar is, en de algemene richting weten om het te bereiken, maar er is niets wat we kunnen aanwijzen, geen object dat we voor ons kunnen zien dat het doel vertegenwoordigt..
In werkelijkheid is het doel niet iets wat we bereiken door te streven hoger en hoger te gaan. Zo is het niet. In werkelijkheid is het doel er de gehele tijd. Wat we moeten doen is de dingen kwijtraken die het zicht belemmeren; niet iets verwerven, maar alles kwijtraken. Dus we moeten al ons willen, al onze gehechtheden, al onze verkeerde visies en al onze begoocheling kwijt.
Het ontwikkelen van de factoren van het pad elimineert uiteindelijk alle gehechtheid aan iets verbonden met de wereld. Wanneer we dat doen totdat we alles loslaten, is het doel, Nibbana- daar. Dan er is niks meer over voor ons om te doen. Daarom, boeddhisme is niet zozeer een pad van verwerven maar een pad van afstand doen van”.
(vervolg in deel 2)