Zou het allemaal in en vanuit het hoofd zijn, dan zou de leegte toch niet leeg zijn?
Ik denk dat het toch wel veilig is te stellen dat allerlei zaken, zoals kwantum deeltjes, allerlei soorten straling, processen op cel-niveau, zelfs microscopische diertje etc. niet direct kenbaar zijn voor de geest. Ik denk toch dat je de geest naar waarheid een ken-beperking moet opleggen.
Ik denk dat daar waar de geest zichzelf ziet, daar ziet het zichzelf, punt. Meer moet je daar ook niet van maken. Het ziet niet "de" waarheid, het ziet niet "de" werkelijkheid zoals ie is, het ziet niet het ultieme, het ziet niet een oer-grond, het ziet de waarheid over zichzelf. Punt. Ik denk ook niet dat de Pali Boeddha meer claimt. De teksten laten de Boeddha zeggen:...het enige wat ik leer is de waarheid van lijden, de waarheid van de oorzaak van lijden, de waarheid van de beëindiging van lijden, de waarheid van de weg die leidt naar de beeindiging van lijden. Hij zegt niet dat ie de absolute waarheid of werkelijkheid leert of alwetend is over het bestaan.
Volgens mij leert hij dat je een directe ontmoeting met de natuur van geest kan hebben en dan proef je hoe subtiel, onbelast dit is en dan zie je dat het geen Ik is, geen ego. Hierdoor komt je leven in een heel ander, bevrijdend, perspectief te staan. Zegt hij dat je nu de absolute waarheid hebt gezien en kent? Dat is er van gemaakt volgens mij. Dat is het denkwerk van de spirituele filosofen. Het bouwwerk van het wensdenken.
Maar ik denk dat overeind blijft dat de geest is als iemand met vrij slechte ogen. Hij kan nog zo menen dat ie goed ziet, zo scherp, zo doordringend, zo diep, maar hij loopt ondertussen constant tegen allerlei obstakels en grenzen aan. Hij kan eigenlijk zichzelf alleen maar wijsmaken dat ie zo'n goed zicht heeft op alles en alles zo goed ziet en begrijpt.