Sommigen wagen zich eraan daarover een andere visie te hebben en maken daar op ingetogen en bescheiden wijze voorzichtig gewag van. Zo ook Bassie die meent, onder verontschuldiging voor de jeugdige overmoed zoiets te durven beweren, dat de wereld zich in tijd en ruimte oftewel 'het relatieve' bevindt.
Tja en ik kan niet anders dan het daarmee eens zijn.
Hij vervolgt zijn relaas dat alle personen als verschijning zich in tijd en ruimte bevinden en, hoe wonderlijk, nog steeds kan ik daartegen niets inbrengen.
Ook de conclusie dat ik dus beweer dat 'het verschijnen' een geloof is is correct.
Alle verschijnselen, hoe waar ze ook lijken te zijn, zijn namelijk gebaseerd op geloof te bestaan. Dat ik dat 'geloof' durf te noemen is omdat ik dat denken te bestaan onderzocht heb. De conclusie dat een 'niet aanwezigheid' er toch lijkt te zijn kan niet anders dan op geloof berusten. Ik kan me wel voorstellen dat zoiets voor iemand in het relatieve (de vermeende werkelijkheid) die het denken niet onderzoekt absurd is, maar ja zonder onderzoek kom je daar nooit achter.
Behalve dat hij meent dat zijn werkelijkheid op een feit berust en ik meen dat het op geloof berust zijn er helemaal geen verschillen. Het is maar van waaruit je het bekijkt. Bekijk je het vanuit het relatieve is het werkelijk. Bekijk je het vanuit het absolute is het geloof. Ongeacht deze zienswijze doen we beiden gewoon de deur open als er wordt gebeld.
Feitelijk gaat het om een kwestie van van standpunt verwisselen, of een swift maken.
Het 'verschijnen' is geen geloof, in de relatieve werkelijkheid verschijnen we daadwerkelijk. Ergo: de verschijning maakt gebruik van zintuigen om waar te nemen.
Relatief gezien is tijd en ruimte waar, absoluut gezien is tijd en ruimte onwaar.
Wat de kern van de zaak is, is het
zelf en daar is Boeddha's leer dienstiger dan jouw GZO. Boeddha zegt het zo: de mens is als verschijnsel samengesteld uit 5 componenten:
Materie.
Perceptie/voorstellingsvermogen.
Gevoelens.
Conditioneringen.
En als laatste en belangrijkste: Bewustzijn van (iets anders).
Boeddha's leer zegt dat in deze 5 componenten geen zelf is (anatta). Boeddha rept nergens over wel of niet een geloof. En om jouw argumentatie onderuit te halen zoom ik in op het laatste component. (De andere 4 spreken voor zich)
Het is 'datgene wat weet' wat zich bewust is van iets anders. En wat is dat 'iets anders'? Een verschijnsel! Datgene wat weet is zich niet bewust van een geloof! Mijn verschijnen als Bassie is geen geloof, ik verschijn daadwerkelijk en wel op een
plaats. Het kenmerk van verschijnselen is nu juist dat ze op een plaats en een tijd verschijnen.
Als 'datgene wat weet' zich afwendt van de verschijnselen, dan keert DWW in zichzelf en is volledig in de leegte. En dat is realisatie, beste vriend. Tevens de realisatie dat er -geheel conform Boeddha's leer- niet zoiets als een zelf is.
DWW is dus tweeledig (heb ik je al vaker verteld), DWW is (in de leegte)
zichzelf gewaar en is zich bewust van 'iets anders'. (de verschijnselen). DWW is dus datgene wat egoloos is. Onderwijl blijf ik als Bassie gewoon verschijnen en het is Bassie die kennis heeft van DWW. Mijn buurvrouw heeft die kennis niet. Het is een persoonlijke, individuele vaststelling van Bassie dat er geen zelf is. De meest krankzinnige ontdekking van mijn leven.
Onderwijl blijft Bassie gewoon verschijnen, geloof of niet. Ik kan dat verschijnen op geen enkele manier tegenhouden. Ergo: DDW in een andere gerealiseerde neemt Bassie ook als een verschijnsel waar. (Is zich bewust van 'wat anders'). De grap van het hele verhaal is dat we als verschijnsel allemaal verschijnen als 'iets anders' , maar dat we als DDW vast stellen dat er niet zoiets is als een zelf.
Vanuit het absolute bekeken zijn de verschijnselen een noodzakelijkheid, anders dan zou DDW niks om te weten hebben (behalve zichzelf). De bizarre
werkelijkheid is dat de zelf-illusie noodzakelijk is om onze vorm van leven mogelijk te maken. Het onveranderlijke (zijn) bestaat dankzij het veranderlijke (worden). Zijn en worden bestaan uit elkaar.
Sorry beste Laurens. Maar meer dan een mentale realisatie heb je nooit bereikt. Je hebt alles mentaal beredeneerd, maar er zitten foutjes in je redenaties. Ik kan dat zien omdat ik DDW ook daadwerkelijk heb gerealiseerd. En nu lieg ik, want zoals bekend is er geen zelf die wat dan ook kan realiseren. DDW heeft zich op enig moment
te kennen gegeven. Verrassend was dat niet, want DDW speelde al jaren een rol als getuige in mijn leven.