(vervolg, informatie over Nibbida)
Natuurlijk resultaat
Het wordt zo onderwezen dat de hartstochteloze relatie met wat ervaren wordt, en daarmee de bevrijding er van, allemaal op een natuurlijke manier zich ontwikkelt vanuit meer wijsheid, meer inzicht, meer rijpheid (groeiende sensitiviteit). Daarmee wordt bedoeld dat het geen wilskracht vergt. Voorbeeld, voor iemand met een smetteloze moraliteit is het ook een natuurlijke zaak dat die persoon geen berouw voelt over wandaden, want die heeft ie niet begaan. Geen gewetenswroeging ervaren, kost dan geen moeite. Op een natuurlijke manier is de geest dan meer vreugdevol. Als iemand een vreugdevolle geest heeft, is het op dezelfde wijze ook natuurlijk dat diens lichaam kalm is. Als dit allemaal aanwezig is, dan is het ook natuurlijk dat iemand genoegen ervaart en dat diens geest geconcentreerd is. Dat vergt dan geen inspanning of wilskracht. (AN10.2, AN11.1)
Wanneer er Nibbida is, kost het ook geen enkele wilskracht om ook passieloosheid te zijn ten opzichte van iets wat ervaren wordt. Dus er van onthecht. Passieloosheid is een natuurlijk resultaat van Nibbida en dat is weer een natuurlijk resultaat van inzicht. Net zo is het natuurlijk, en kost het geen wilskracht, dat de kennis en visie van bevrijding in de geest opkomt wanneer die passieloos is geworden (zonder tanha). (AN11.2)
De tegenovergestelde koers wordt ook beschreven in de aangehaalde sutta’s.
Het ene vloeit dus als het ware op een natuurlijke manier uit het andere voort. Passieloosheid is niet iets wat je kunt forceren. Dan zou je het alleen maar krachtig onderdrukken. De koorts voor iets neemt op een natuurlijke wijze af als dat met meer inzicht en wijsheid wordt bekeken. Dat is de weg die de sutta's beschrijven.
Sinds beginloze tijden is er volgens de Pali sutta’s een sterke emotionele band met wat ervaren wordt en dat is niet zomaar verdwenen. Je kunt emoties wel beheersen maar alleen met wijsheid zwak je ze af en kunnen ze verdwijnen. Dat heeft alles te maken met zaken anders gaan zien en waarderen, het laatste is het Nibbida aspect. Je verliest je hartstocht voor zaken als je die met steeds meer wijsheid beziet, zoals het werkelijk is. Dat is de lijn en strekking van de sutta’s die gaan over inzicht, passieloosheid en bevrijdig.
Werkelijk inzicht leidt dus volgens de sutta’s op een organische manier tot het afzwakken en verdwijnen van de obsessie met, de hunkering naar, de ketening aan het geconditioneerde. Dan komt de kennis van bevrijding op. Wat is dan dat inzicht? Wat is dan de zaken zien zoals ze werkelijk zijn?
Inzicht dat leidt tot het afnemen en verdwijnen van de hartstocht voor het geconditioneerde. Dan komt de kennis en visie van bevrijding op.
In het onderstaande een kleine verzameling van talrijke teksten die dit inzicht behandelen.
De teksten geven constant aan dat als echt wordt gezien dat verschijnselen vergankelijk zijn, instabiel, onbevredigend, niet-zelf (anicca, dukkha en anatta), dan verliest dat vanzelf zijn waarde voor je. Het wordt minder belangrijk. Dus, als je echt het anicca, dukkha en anatta kenmerk ziet van al het geconditioneerde, dan keer je je daar geestelijk van af, droogt je passie er voor op, ontketening, en komt de kennis van bevrijding op.
De teksten zeggen het ook zo: Alle geconditioneerde verschijnselen zijn vergankelijk; ze zijn instabiel en ze zijn onbetrouwbaar. Dit is genoeg om Nibbida te ervaren en genoeg te krijgen van alle geconditioneerde verschijnselen, genoeg om hartstochtloos te worden jegens hen, genoeg om van ze bevrijd te worden. (AN7.66)
Formaties zijn onstabiel, vergankelijk en onbetrouwbaar. Wezens komen en gaan. Zelfs bergen komen en gaan. Het is genoeg om af te keren en passieloos te worden ten opzichte van alle formaties. (SN15.20, SN22.96)
Als ik afga op mijn eigen ervaring dan zie ik dat er vaak het verlangen is dat iets duurzaam is, onveranderlijk, zoals: ik zelf gezond, iedereen gezond, alles functioneert naar wens, iedereen gelukkig, zonder ellende en ziekten. Heel vaak willen we denk ik dat iets duurzaam is dat uit de aard der zaak dat niet is. Het geconditioneerde is anicca, het is niet duurzaam en uiteindelijk ook niet naar je zin te handhaven, niet echt onder controle. Hier meer wijsheid in ontwikkelen.
Als echt wordt gezien dat rupa, vedana, sanna, sankhara en vinnana, dus alle fysiek en mentale aspecten van het leven (innerlijk en uiterlijk), vergankelijk zijn, lijden en niet geschikt zijn om te worden bezien als jezelf, als je bezit (mijn lichaam, mijn gevoelens etc) en als je wezen, dan ervaar je Nibbida er bij. Je obsessieve relatie er mee zal losweken. Je wordt ten opzichte van dat uiteindelijk passieloos. In dat afzwakken en verliezen van die hartstochtelijke relatie met het tijdelijk, komt de kennis en visie van bevrijding op. (SN12. 70)
Deze kennis van bevrijding wordt in de sutta’s altijd zo besproken: ‘geboorte is beëindigd, gedaan is wat gedaan moest worden, het heilige leven is geleerd, er is geen terugkomst meer in welke bestaansvorm dan ook’.
Wanneer wordt gezien, zoals het werkelijk is, met gepaste wijsheid dat ieder soort rupa, vedana, sanna, sankhara en vinnana, ofwel van het verleden, toekomst of heden, intern of extern, grof of subtiel, inferieur of superieur, ver of nabij, ‘niet van mij is, niet Ik ben, niet mijn zelf is’, dan gaat de interesse en passie er voor verloren. Je keert je er van af. In het verdwijnen van passie er voor wordt bevrijding gerealiseerd. (MN22, MN109)
Niets van wat dan ook vergankelijk is, onbevredigend en veranderlijk is, is geschikt om te worden gezien als: ‘dit is van mij, dit ben Ik, dit is mijn zelf (MN22 en vele andere).
Hetzelfde met betrekking tot de 4-6 elementen (MN28, MN62, MN140)
Hierin meer wijsheid ontwikkelen. Sinds beginloze tijden zien we dat wat vergankelijk en veranderlijk is als: “dit ben Ik, dit is van mij, dit is mijn zelf’. Dus ons besef van wie/wat we zijn is heel sterk gekoppeld aan wat ervaren wordt. Hier meer wijsheid in ontwikkelen. Als je gedachten bent, verdwijn je dan als gedachten eindigen? Ben je werkelijk het karakter, de neigingen die opkomen? Als een emotie van boosheid opkomt, ben je dat dan? Als je dat bent, en het verdwijnt, verdwijn je dan zelf? Als je heel direct naar wat opkomt kijkt, ben je dat dan?
Wat vergankelijk is, geconditioneerd, afhankelijk ontstaand, vernietigbaar, verdwijnend, vervagend, en eindigend, is niet de moeite waard. Een edele leerling keert zich daar van af (Nibbida), verliest zijn passie er voor. Met de passieloosheid komt de kennis en visie van bevrijding op. (MN74)
De Pali Boeddha zag volgens de overlevering dat alle wezens altijd maar najagen wat tijdelijk is, geboren, vergankelijk, uiteraard vooral tijdelijk aangename zaken. Dit noemde hij het onedele zoeken. Een edele zoekt naar wat niet geboren is, niet komt en gaat, niet gevormd is, niet desintegreert. Het Pad naar het Ongeconditioneerde.
SN35 gaat over de zes zintuiglijke domeinen en de strekking van vele sutta’s is:
Alles aangaande de zintuiglijke domeinen, extern en intern , verleden, heden en toekomst, (het oog, oog contact, visuele beelden, visueel bewustzijn, gevoelens met oog contact als voorwaarde, intenties of neigingen gebaseerd op visuele waarnemingen, idem voor de andere domeinen) is vergankelijk, lijden, niet-zelf, en moet met juiste wijsheid worden gezien zoals het werkelijk is: ‘dit is niet van-mij, dit ben ik niet, dit is niet mijn zelf’. Het zo ziend, ervaart de edele leerling Nibbida en wordt passieloos. Door passieloosheid wordt diens geest bevrijd. Je begrijpt dan: geboorte is vernietigd, het heilige leven is geleefd, wat gedaan moest worden is gedaan, er is geen terugkomst meer naar een staat van bestaan.
Het aarde-element is alleen maar het aarde-element. Dit moet gezien worden zoals het werkelijk is, met juiste wijsheid: ‘Dit is niet van mij, Dit ben Ik niet, dit is niet mijn zelf’. Als dat op die manier gezien wordt, zoals het werkelijk is, keert de geest af van het aarde-element. De passie er voor gaat verloren en onthecht de geest van het aarde-element. Net zo voor het water element, vuur-element, lucht-element. Als er geen zelf wordt herkent in deze elementen of het bezit van een zelf, dan is begeerte afgesneden, de keten doorbroken, en door volledig door eigenwaan heen te breken, heb je een einde gemaakt aan lijden (AN4.177)
Een niet geïnstrueerde wereldlijk persoon kan wel Nibbida ervaren bij het lichaam omdat groei en afname daarvan wordt gezien. Hij kan passieloos worden naar het lichaam en er van bevrijd zijn. Maar voor dat wat geest, mentaliteit en bewustzijn wordt genoemd, kan de niet geïnstrueerde wereldlijke persoonlijk geen Nibbida ervaren. Hij/zij kan zich er niet van afkeren. Waarom niet? Voor lange tijd werd het gepast gezien om vedana, sanna, sankhara en vinnana zo te zien; ‘dit is van mij, dit ben Ik, dit is mijn zelf’. Er is dus een hele sterke band mee.
Dit is best raar, geeft de sutta aan, want wat geest, mentaliteit en bewustzijn wordt genoemd bestaat maar heel kort, terwijl het lichaam langer bestaat. Dat wat mentaliteit, geest en bewustzijn wordt genoemd ontstaat als een ding en eindigt als iets anders, dag en nacht. Net als een aap die van tak tot tak slingert. Het zou logischer zijn als we ons niet zo met de mentale aspecten zouden identificeren omdat die vluchtiger zijn dan het lichaam. (SN12.61)
Resumerend
Het komt in wezen allemaal op hetzelfde neer, als je het goed ziet. Je hoeft niet exotische toestanden te kennen om bevrijding te realiseren (mag en kan wel) want je kunt je wijsheid en inzicht richten op wat je op een dagelijkse en gewone manier ervaart. Inzicht in de aard van het geconditioneerde leidt dus volgens de sutta's op organische wijze altijd tot een andere waardering van het tijdelijke, geconditioneerde. Van daaruit verdwijnt de obsessie er mee, de hartstochtelijke relatie. In de passieloosheid komt de kennis van bevrijding op.
In de volgende post nog wat laatste informatie over Nibbida en diens rol in bevrijding